Descargar Imprimir esta página

Kärcher B 50 W Manual De Instrucciones página 64

Ocultar thumbs Ver también para B 50 W:

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 42
Helling van de zuigbalk instellen
De helling moet zodanig worden ingesteld dat de zuig-
lippen van de zuigbalk over de gehele lengte gelijkmatig
op de vloer worden gedrukt.
1. Het apparaat op een ondergrond zonder helling
neerzetten.
2. Het programma "Afzuiging" selecteren.
3. Het apparaat een klein stuk vooruit rijden.
De zuigbalk wordt neergelaten.
4. De waterpas aflezen.
Afbeelding K
Schroef
1
Moer
2
Waterpas
3
5. De moer M 12 losdraaien, daarbij de M 10-inbus-
bout met een inbussleutel vasthouden.
6. De schroef zo instellen dat de waterpasindicator
zich tussen de twee strepen bevindt.
7. De moer M 12 vastdraaien, daarbij de M 10-inbus-
bout met een inbussleutel vasthouden.
8. Om de nieuwe instelling te controleren, het apparaat
met neergelaten zuigbalk in zuigwerking een stukje
vooruit rijden en de waterpas observeren. Indien no-
dig de instelprocedure herhalen.
Hoogte instellen
Met de hoogteverstelling wordt de buiging van de zuig-
lippen bij contact met de vloer beïnvloed.
Instructie
Basisinstelling: 3 ringen boven, 3 ringen onder de
zuigbalk.
Oneffen vloer: 5 sluitringen boven, 1 sluitring onder de
zuigbalk.
Zeer gladde vloer: 1 sluitring boven, 5 sluitringen on-
der de zuigbalk.
1. De moeren losschroeven.
Afbeelding L
Moer
1
Onderlegring
2
´
Afstandsrol met houder
3
2. Plaats het gewenste aantal ringen tussen de zuig-
balk en de afstandsrol.
3. De resterende onderlegringen boven de afstandrol
aanbrengen.
4. De moer erop schroeven en vastdraaien.
5. Het proces bij de tweede afstandsrol herhalen.
Instructie
Stel beide afstandsrollen in op dezelfde hoogte.
Zijwaartse trekkracht van de borstel instellen
(Alleen bij D 51-reinigingskop)
Als het apparaat tijdens het reinigen naar één kant trekt,
kan dit worden verholpen door de helling van de borstel
te verstellen.
Instructie
Na het vervangen van de borstel/pad moet de zijwaart-
se trekkracht eventueel opnieuw worden ingesteld.
1. De draaiknop borstelhelling verstellen tot het appa-
raat recht vooruit rijdt.
Afbeelding M
Draaiknop borstelhelling
1
Apparaat inschakelen
1. De sleutelschakelaar op "1" zetten.
Het display toont achtereenvolgens:
● De periode tot de volgende klantendienst
● De softwareversie, bedieningsdeel
● De laadtoestand van de accu en het aantal bedrijfsuren
Rijden
Instructie
Het apparaat is zo geconstrueerd dat de reinigingskop
rechts uitsteekt. Dit maakt het mogelijk om overzichtelijk
en dicht bij de rand te werken.
1. De intelligente sleutel erin steken.
2. De hendel zuigbalkneerlating omhoog zwenken.
3. Het pedaal reinigingskop optillen/neerlaten omlaag
bewegen en rechts vergrendelen.
4. De programmaschakelaar op een willekeurig pro-
gramma zetten.
5. Met het apparaat rijden.
a De rijhendel naar voren duwen.
Het apparaat rijdt vooruit.
b De rijhendel naar achteren duwen.
Het apparaat rijdt achteruit.
Instructie
Het apparaat beweegt pas wanneer de rijhendel 5° wor-
den bewogen.
6. De rijhendel loslaten.
Het apparaat stopt.
64
Reinigen
LET OP
Beschadigingsgevaar
Als het apparaat te lang op dezelfde plek wordt gebruikt,
kan de vloerbedekking beschadigd raken.
Gebruik het apparaat niet stilstaand op één plaats.
1. De intelligente sleutel erin steken.
2. De programmaschakelaar op het gewenste reini-
gingsprogramma zetten.
3. De hendel zuigbalkneerlating omlaag zwenken.
4. Het pedaal reinigingskop optillen/neerlaten omlaag
duwen, naar links bewegen en omhoog laten gaan.
5. De rijhendel naar voren duwen en over het te reini-
gen oppervlak rijden.
Instructie
Als het vuilwaterreservoir vol is, sluit de vlotter de zuig-
opening en draait de zuigturbine met verhoogd toeren-
tal. In dit geval het zuigen uitschakelen en naar het
leegmaken van het vuilwaterreservoir rijden.
Werking beëindigen
Reiniging beëindigen
1. De regelknop waterhoeveelheid naar "OFF" draaien
(niet bij de uitvoering DOSE).
2. De rijhendel loslaten.
3. Het pedaal reinigingskop optillen/neerlaten omlaag
duwen en rechts vergrendelen.
4. Een kort traject verder rijden.
Het restwater wordt afgezogen.
5. De hendel zuigbalkneerlating omhoog zwenken.
Vuil water aftappen
WAARSCHUWING
Milieuverontreiniging!
Milieuverontreiniging als gevolg van onjuiste lozing in
afvalwater.
Neem de plaatselijke voorschriften inzake de behande-
ling van afvoerwater in acht.
1. De aftapslang uit de houder nemen, en in een ge-
schikt opvangvat leiden.
Afbeelding N
2. De aftapslang op het daarvoor bestemde punt sa-
mendrukken of knikken.
3. Het deksel van de aftapslang openen.
4. Het vuil water aftappen. De waterhoeveelheid rege-
len door drukken of knikken.
5. Het vuilwaterreservoir met helder water
schoonspoelen.
Spoelsysteem vuilwaterreservoir
1. De aftapslang vuil water uit de houder nemen en bo-
ven een geschikte verzamelinrichting neerlaten.
2. De deksel van de doseerinrichting aan de af-
tapslang openen.
3. De deksel van het vuilwaterreservoir openen.
4. De flexibele sluiting van het spoelsysteem eraf trekken.
5. De waterslang verbinden met het spoelsysteem.
Afbeelding O
Sluiting
1
Klep voor reservoirventilatie
2
Wateraansluiting spoelsysteem
3
6. De deksel vuilwaterreservoir sluiten.
7. De watertoevoer openen en het vuilwaterreservoir
gedurende ca. 30 seconden spoelen.
Indien nodig het spoelproces 2 - 3 keer herhalen.
8. De watertoevoer sluiten en de slang loskoppelen
van het apparaat.
9. De flexibele sluiting weer op de watertoevoer van
het spoelsysteem aanbrengen.
10. De deksel van het vuilwaterreservoir sluiten. Daarbij
de klep voor de reservoirventilatie indrukken, zodat
er een spleet open blijft en het vuilwaterreservoir
kan drogen.
11. De aftapslang vuil water in de houder duwen en de
deksel van de doseerinrichting sluiten.
Schoon water aan de sluiting aflaten
1. De sluiting schoonwaterreservoir openen.
2. Het schone water aflaten.
3. Het filter reinigen.
4. De afsluiting verswaterreservoir aanbrengen.
Schoon water via de niveau-indicatie aflaten
1. De slang van de niveau-indicatie uit de houder ne-
men en naar beneden zwenken.
2. De slang weer vastmaken.
Container voor grof vuil legen
(Alleen bij R-reinigingskop)
1. De container voor grof vuil optillen en eruit trekken.
Afbeelding P
Reservoir voor grof vuil
1
2. Het reservoir voor grof vuil leegmaken en indien no-
dig reinigen.
3. Het reservoir voor grof vuil terugplaatsen.
Nederlands
Apparaat parkeren
1. De programmaschakelaar naar de stand "0" draaien.
2. De intelligente sleutel eruit trekken.
3. De hendel reinigingskop optillen/neerlaten omlaag
duwen en rechts vergrendelen.
4. De hendel zuigbalkneerlating omhoog zwenken.
5. Het apparaat tegen wegrollen beveiligen.
6. De deksel van het vuilwaterreservoir sluiten. De
klep voor de reservoirventilatie daarbij zo indrukken
dat deze vastklikt in de groef van het schoonwater-
reservoir, zodat het vuilwaterreservoir kan drogen.
7. Eventueel de accu laden.
Transport
GEVAAR
Rijden op stijgende hellingen
Gevaar voor letsel
Gebruik het apparaat voor het laden en lossen alleen op
hellingen tot de maximale waarde (zie hoofdstuk "Tech-
nische gegevens").
Rij langzaam.
VOORZICHTIG
Niet in acht nemen van het gewicht
Gevaar voor letsel en beschadiging
Neem voor transport het gewicht van het apparaat in acht.
Het apparaat alleen laden als de vuil- en schoonwater-
reservoirs leeg zijn.
Belaad het apparaat alleen samen met een andere per-
soon of met behulp van de rijaandrijving.
1. Het pedaal reinigingskop optillen/neerlaten omlaag
duwen en rechts vergrendelen.
2. De borstels uitnemen om beschadiging te voorkomen.
3. De zuigbalk van het apparaat demonteren.
4. Bij het transport in voertuigen het apparaat met de
sjorogen conform de geldende richtlijnen tegen
wegglijden en omvallen beveiligen.
Afbeelding Q
Opslag
VOORZICHTIG
Letsel- en beschadigingsgevaar door het niet in
acht nemen van het gewicht
Houd bij de opslag rekening met het gewicht van het ap-
paraat.
LET OP
Vorst
Vernietiging van het apparaat door bevriezend water.
Verwijder al het water uit het apparaat.
Bewaar het apparaat op een vorstvrije plaats.
● Dit apparaat mag alleen in binnenruimtes worden
opgeslagen.
● Voor een langere levensduur de batterijen volledig
opladen.
● De batterijen bij opslag minstens één keer per
maand volledig opladen.
Verzorging en onderhoud
GEVAAR
Per ongeluk opstartend apparaat
Gevaar voor letsel
De programmaschakelaar naar de stand "0" draaien.
Voor alle werkzaamheden aan het apparaat de intelli-
gente sleutel uittrekken.
Trek de netstekker van de oplader eruit.
 Het vuilwater en vuilwater aftappen en afvoeren.
Veiligheidsinspectie/onderhoudscontract
Met uw dealer kunt u een regelmatige veiligheidsin-
spectie vastleggen of een onderhoudscontract afslui-
ten. Vraag hierover advies.
Onderhoudsintervallen
Na elk gebruik
LET OP
Beschadigingsgevaar!
Gevaar voor beschadiging van het apparaat door on-
juiste reiniging.
Spuit het apparaat niet af met water en gebruik geen
agressieve schoonmaakmiddelen.
 Het vuil water aftappen.
 Het vuilwaterreservoir reinigen met het spoelsy-
steem van het vuilwaterreservoir.
 De grofvuilzeef uit het vuilwaterreservoir verwijde-
ren en reinigen.
 De turbinebeschermzeef controleren, indien nodig
uitnemen en reinigen.
 De buitenkant van het apparaat reinigen met een
vochtige, in mild zeepsop gedrenkte doek.
 Alleen R-reinigingsknop: Het reservoir voor grof vuil
eruit nemen en leegmaken.
 Alleen R-reinigingsknop: De waterverdeelstrip reinigen.
 De zuiglippen schoonmaken, op slijtage controleren en
indien nodig vervangen.

Publicidad

loading