Onderhoud, Reiniging, desinfectie en sterilisatie
Bewerking
7
Controle
8
Verpakking
Bedrijfsmodus
•
Controleer de
instrumenten op
gebreken en haal die
met gebreken eruit.
•
Zet de instrumenten in
elkaar (stoppen).
•
Plaats de instrumenten
in een houder of bak
om contact tussen
instrumenten of stiften
te voorkomen, en
verpak de instrumenten
in sterilisatiezakken.
Waarschuwing
•
Verontreinigde instrumenten
moeten opnieuw gereinigd en
gedesinfecteerd worden.
•
Doe instrumenten weg die
vervormingen (verbogen,
verwrongen), beschadigingen
(kapot, corrosie) of gebreken
(verdwenen kleurcodering of
markering) hebben die de
bestendigheid, veiligheid of
werking van het instrument
beïnvloeden.
•
De instrumenten mogen niet
behandeld worden met
smeermiddelen.
•
Voorkom contact tussen
instrumenten tijdens de
sterilisatie. Maak gebruik van
houders of bakken.
•
Controleer de door de fabrikant
aangegeven uiterste
gebruiksdatum van de zak.
•
Gebruik verpakkingen die
bestand zijn tegen een
temperatuur van 141 °C (286°F)
en in overeenstemming zijn met
EN ISO 11607.
319/1346