Monteer de hefarmen (1) en zet deze vast
met een borgpen (2).
Monteer de topstang (2) en zet deze vast
met een borgpen (4).
Hef de steunpoot (5) op zet die in de
hoogste stand vast met een pen (6).
Verwijder de steunpoot niet!
De daalsnelheid van de maaier
moet worden afgesteld, zodat de
maaier langzaam tot op de grond
kan zakken.
2.2.1
Afstand van de maaier tot de
trekkerband
bepalen,
zijdelings fixeren van de driepunts-
hefinrichting
Nadat u de maaier aan de
onderste hefarmen van de
driepunts-hefinrichting
vastgemaakt,
stabilisatorstangen vastzetten
om zijdelingse bewegingen te
voorkomen.
Afbeelding 4
A
Schuif de maaier op afstand (A) en zet de
hefarmen (2) met de stabilisatorstangen (3)
aan beide kanten vast.
Bijkomend schuiven is mogelijk door de
stand van de hefpennen (1) op de
verbinding ( 20 mm) te wijzigen.
door
het
heeft
de
Figura 4
Enganche el brazo inferior (1) y asegúrelo
con el pasador (2);
Enganche el tercer punto (3) y asegúrelo
con el pasador (4);
Levante el pié de apoyo (5) asegúrelo en la
parte superior con el pasador (6). No retire
el pié de apoyo!
Regule el caudal del elevador
para
que
segadora lentamente al suelo.
2.2.1 Establecimiento de la distancia
de la segadora a la rueda del tractor
mediante
la
fijación
enganche a tres puntos
Una
segadora,
inferiores
oscilaciones laterales de la
máquina.
Afbeelding 5
3
2
Desplazar la segadora a la distancia A y
fijar los brazos inferiores (2) mediante los
tensores laterales (3) en ambos lados.
Se
puede
conseguir
desplazamiento cambiando la posición de
las bolas del enganche (1) en la conexión (
20 mm).
pueda
bajar
lateral
del
vez
enganchada
fije
los
brazos
para
evitar
Figura 5
1
un
mayor
la
la
196