Dynamische afstelling tijdens het passen
► Let hierbij op de stand van het spronggewricht: stel bij een niet-fysiolo
gisch hielcontact (te sterke supinatie van de voet) het onderbeengedeel
te minder strak in (zie afb. 7).
5.3 Aanbrengen
VOORZICHTIG
Gebruik van de orthese zonder kussentjes
Lokale drukverschijnselen, verwondingen van de huid en huidirritaties door
huidcontact met orthese-componenten die hard zijn of scherpe randen
hebben
► Gebruik de orthese uitsluitend indien de kussentjes onbeschadigd zijn.
VOORZICHTIG
Brace wordt te strak aangetrokken
Lokale drukverschijnselen en afknellen van doorlopende bloedvaten en
zenuwen
► Controleer of de brace goed op zijn plaats zit en de juiste pasvorm
heeft.
LET OP
Gebruik van een versleten of beschadigd product
Beperkte werking
► Controleer het product telkens voor gebruik op functionaliteit, slijtage
en beschadigingen.
► Een product dat niet meer functioneel is of versleten of beschadigd is,
mag u niet langer gebruiken.
1) Open het klittenband van de riem.
2) Breng de orthese aan in de schoen.
3) Trek de orthese samen met de schoen aan.
4) Sluit het klittenband van de riem.
5.4 Afdoen
1) Open het klittenband van de riem.
2) Trek de schoen samen met de orthese uit.
3) Optioneel: Haal de orthese uit de schoen en leg de binnenzool weer in
de schoen.
49