Bedieningswaarschuwingen
Bij het bedienen van de analyzer:
• Gebruik uw vingertoppen om het drukscherm te bedienen. Gebruik geen pennen of andere scherpe objecten, waarmee u
het scherm kunt bekrassen of beschadigen. Uitzondering: Als het scherm uitgelijnd moet worden, moet u een bot potlood
gebruiken.
• Het deksel moet met de hand gesloten worden, maar opent automatisch. Open het deksel niet met de hand.
• Het deksel beschermt de cartridgekamer tegen stof, vuil, licht en vocht. Maak de cartridge kamer leeg en hou het deksel
dicht als de analyzer niet in gebruik is.
• Als er tijdens de analyse een informatiecode op het scherm wordt weergegeven, zie dan de sectie 'Informatiecodes en
problemen oplossen', blz. 27–29.
• Verplaats de analyzer niet als een testcartridge verwerkt wordt.
Tijdens het verwerken van de testcartridge:
• Gebruik testcartridges niet na de vervaldatum, of als de testcartridges niet zijn bewaard volgens de aanbevelingen.
• Raak de optische leeszone van de testcartridge niet aan. Houd de testcartridge vast bij de handgreep. (Figuur 2).
• Gebruik de testcartridges niet als het folie, anti-condenszakje of de testcartridge zelf beschadigd is.
• De testcartridges moeten opwarmen tot de aanbevolen bedrijfstemperatuur voordat u ze gaat gebruiken.
• Open het folie pas vlak voor gebruik. Als de testcartridge geopend is, heeft hij een beperkte stabiliteit.
• Verwerk de testcartridges en het materiaal voor het verzamelen van monster als biologische afvalstoffen.
Gebruik handschoenen.
• Gebruik de onderdelen van de testcartridge niet opnieuw.
Lees de bijlage bij het Afinion testpakket voor testspecifieke informatie.
Voorbereiden van een Alere Afinion
- Laat de Afinion Test Cartridges opwarmen tot de aanbevolen bedrijfstemperatuur voordat u ze gaat gebruiken.
- Schakel de Alere Afinion –analyzer in, zodat hij klaar is voor de eerste analyse van de dag.
- Voer het operator-ID in (optioneel). Zie de procedure op blz. 22.
- Het patiënt-ID of controle-ID kan voor of tijdens het verwerken van de testcartridge in de analyzer ingevoerd worden.
Zie de procedure op blz. 22–25.
Lees de bijsluiter bij het Afinion testpakket voor testspecifieke informatie.
Opentrekken
1
Open het folie.
Pak de hendel en haal de testcartridge
uit het zakje.
Gooi het anti-condenszakje en de folie
weg in geschikte afvalcontainers.
Als de testcartridge geopend is, heeft
hij een beperkte stabiliteit.
Als er een streepjescodelezer is aangesloten op de analyzer, kan een Patiënt-ID, een Controle-ID of Afinion Control Data met een
streepjescode worden ingevoerd.
-analyse
™
Handvat
2
Optisch leesscherm
Inspecteer de cartridge.
Gebruik de testcartridge niet als hij
beschadigd is of als er losse droog-
middeldeeltjes op de testcartridge zitten.
Gebruik het handvat, zodat u het optische
leesscherm niet hoeft aan te raken.
Testprocedures
ID-ruimte
3
Markeer de testcartridge met het
patiënt-ID of controle-ID.
Gebruik hiervoor de ID-ruimte op de
testcartridge. U kunt ook een ID-label
gebruiken.
Schrijf niet op het streepjescodelabel en zorg
dat het niet nat, vies of bekrast raakt.
Als u een ID-label gebruikt, moet dit op de
ID-ruimte passen.
NL | 19