-
Geen kabels met slijtage- of ouderdomsverschijnselen
of met loszittende contacten gebruiken.
-
Niet lassen op houders, containers of buizen die
ontvlambare stoffen of brandstoffen in vloeibare vorm of
als gas hebben bevat.
-
G e e n w e r k z a a m h e d e n u i t v o e r e n o p m e t
chloorhoudende oplosmiddelen schoongemaakte
oppervlakken of in de nabijheid van dergelijke
oplosmiddelen.
-
Niet lassen op bakken onder druk.
-
In de nabijheid van de boog dient voor een goede
ventilatie of adekwate apparatuur voor de afvoer van de
lasdampen te worden gezorgd
-
De ogen door middel van niet-actinische glazen, zoals
die gemonteerd op laskappen en -brillen, beschermen.
-
De gasfles met de meegeleverde speciale riem of
ketting bevestigen.
-
De fles uit de buurt van de zon en andere
warmtebronnen
houden.
-
Draag beschermende handschoenen en -kledij en
vermijd blootstelling van de huid aan de door de
vlamboog geproduceerde ultraviolette stralen
-
De machine niet gebruiken om de leidingen te
ontdooien.
-
De machine op een horizontaal vlak doen steunen om
omkanteling te vermijden.
INLEIDING EN ALGEMENE BESCHRIJVING
Deze machine is een compacte booglasstroombron (hierna
LASAPPARAA T) die speciaal ontworpen is voor het MAG-
lassen van koolstofstaal of laaggelegeerd staal met CO of
Argon/CO
beschermingsgas, bij gebruikmaking van
2
draadelektroden met een massieve.
Bij gebruikmaking van de voor het te lassen stuk geschikte
draadelektroden is het apparaat tevens geschikt voor het
MIG-lassen van roestvrijstaal met Argongas + 1-2%
zuurstof en van aluminium met Argongas.
Het lasapparaat bestaat uit een krachttransformator met
platte karakteristiek, compleet met smoorspoel en Graetz
bruggelijkrichter.
De draadvoeding die geschikt is voor spoelen tot 16 Kg te
bevatten, is gewoonlijk in een speciale ruimte aan de
linkerzijde van de stroomgenerator ingebouwd, waarvan zij
echter onmiddellijk kan worden gescheiden, zonder dat er
wijzigingen dienen te worden uitgevoerd, om de
werkafstand tussen de machine en de werkplek te
vergroten en hierbij gebruik makend van de verlengkabels
(max. 9 m) die op verzoek kunnen worden geleverd.
Het apparaat wordt tot slot met een aangesloten brander en
een retourkabel compleet met massaklem geleverd.
Bij de modellen die hiervoor zijn ontworpen, wordt een
wielkit meegeleverd.
De instelling van het vermogen vindt plaats met behulp van
of een draaicommutator . De snelheid van de draad wordt
met de speciale knop op het bedieningspaneel ingesteld.
Een in het lasapparaat bevestigde thermostaat beschermt
het apparaat tegen overbelastingen als gevolg van
storingen of buitengewoon intensief gebruik.
TECHNISCHE GEGEVENS
De voornaamste technische gegevens met betrekking tot
de prestaties van de machine zijn op de volgende wijze op
Fig. A
het plaatje met technische gegevens (achterpaneel)
samengevat:
1- EUROPESE referentienorm voor de veiligheid en de
bouw van lasmachines met boog.
2- Symbool van de interne structuur van de machine:
transformator-gelijkrichter.
3- Symbool van de voorziene lasprocedure: lassen met
continue stroom van de lasdraad.
4- Symbool van de voedingslijn : wisselspanning 3ph.
5- Beschermingsgraad van het omhulsel: IP21 of IP22: is
beschermd tegen vreemde solide lichamen met een
diam. 12.5mm (vb. vingers) en tegen de verticale val
van waterdruppels (IP21) of met een inclinatie van 15°
op de verticaal (IP22).
6 - Prestaties van het lascircuit:
- U : maximum spanning piek leeg (lascircuit open).
0
-I /U : Overeenstemmende genormaliseerde stroom en
2
2
spanning [U2 = (14+0,05 I2) V] die door de machine
kunnen verdeeld worden tijdens het lassen.
- X: Verhouding intermittentie: duidt de tijd aan dat de
machine de overeenstemmende stroom kan verdelen
(zelfde kolom). Wordt uitgedrukt in %,
op de basis van een cyclus van 10min (vb. 60% = 6
minuten werk, 4 minuten pauze; en zo verder).
- A/V - A/V: Duidt de gamma van regeling aan van de
stroom van het lassen (minimum- maximum) met de
overeenstemmende spanning van de boog.
7- Karakteristieke gegevens van de voedingslijn:
- U : Wisselspanning en voedingsfrequentie van de
1
machine (toegestane limieten ±15%):
- I
: Maximum stroom geabsorbeerd door de lijn.
1max
- I : maximum efficiënte stroom voeding
1eff
8- :
De waarde van de zekeringen met vertraagde
activering moet voorzien worden voor de bescherming
van de lijn.
- Symbolen met verwijzing naar de veiligheidsnormen.
9- Inschrijvingsnummer fabricage. Identificatie van de
machine (noodzakelijk voor technische service,
aanvraag van reserve onderdelen, opzoeken van de
oorsprong van het product).
2
10- Symbool S: duidt aan dat er lasoperaties kunnen
uitgevoerd worden in een ruimte met risico voor
elektrische schokken (vb. in de dichte nabijheid van
grote metalen massa's).
Opmerking: Het aangegeven voorbeeld van de
kentekenplaat geeft een indicatieve aanwijzing van de
betekenis van de symbolen en de cijfers; de exacte
waarden van de technische gegevens van de machine
in uw bezit moeten rechtstreeks aangeduid worden op
de kentekenplaat van de machine zelf.
MASSA VAN DE LASMACHINE (Tabel 1)
OPGELET: geen enkele van de lasmachines beschreven in
deze handleiding is uitgerust met hijsapparatuur.
INSTALLATIE
PLAATSING
Bij het plaatsen van de machine moet erop worden
toegezien dat de in- en uitlaatopeningen van de koellucht
(gedwongen luchtcirculatie door middel van een ventilator)
niet geblokkeerd worden; er tevens op letten dat er geen
geleidende stoffen, corroderende dampen, vocht, enz.
worden opgezogen.
AANSLUITING OP HET ELEKTRICITEITSNET
Het apparaat moet met de daarvoor bestemde kabel op het
elektriciteitsnet worden aangesloten.
De voeding van apparaten kan enkel- of driefasig zijn (vgl.
plaatje met technische gegevens).
Het is daarom noodzakelijk het apparaat z¾ in te stellen
dat de netspanning overeenkomt met die aangegeven op
- 16 -
Fig. B