4.5.4
Onderhoud van de hand/polssensoren:
•
De sensoren na gebruik voorzichtig reinigen met een licht zeepsopje
•
Met schoon water afspoelen
•
Droog de sensoren weer goed af
4.6
Instelmogelijkheden op de Bike Reha
Op de Bike Reha kunnen de volgende instellingen worden gemaakt om de Bike Reha optimaal aan de
patiënt aan te passen.
4.6.1
Stuur
Om het stuur in verticale richting te verstellen, dient u beide handgrepen (figuur 1, nummer 6) aan de
voorkant van de Bike Reha linksom te draaien. Vervolgens verstelt u het stuur in de gewenste hoogte en
draait u de handgrepen vast door deze rechtsom te draaien.
Om het stuur in horizontale richting te verstellen, dient u beide handgrepen (figuur 1, nummer 5) linksom
te draaien. Vervolgens verstelt u het stuur in de gewenste richting en draait u de handgrepen stevig vast
door deze rechtsom te draaien.
De Bike Reha mag niet verplaatst worden door gebruik te maken van deze handgrepen, om beschadiging
van de handgrepen te voorkomen.
4.6.2
Zadel
Het zadel is in verticale en horizontale richting verstelbaar. Trek de knop (figuur 1, nummer 3) naar u toe
en stel op hetzelfde moment de hoogte van het zadel in. Verzeker u ervan dat de knop in het gat valt op
de gewenste hoogte. Het zadel is ook horizontaal verstelbaar (figuur 1, nummer 4.) Draai de handgreep
linksom en verstel het zadel in de gewenste stand. Na het verstellen draait u de handgreep rechtsom
stevig vast.
De zadelhoogte van de Bike Reha is optimaal ingesteld wanneer de hakken van de cliënt op de laagste
stand van het pedaal rusten, bij een geheel gestrekt been.
4.6.3
Verstelbare cranks
Als optie af fabriek is de Bike Reha met verstelbare cranks leverbaar. Deze verstelbare cranks maken
een optimale training bij bewegingsbeperking mogelijk. Voor het verstellen van de cranks is geen
gereedschap nodig.
Om een juiste en veilige trainingstechniek te garanderen, is het noodzakelijk dat de cranks door de
trainer/fysiotherapeut versteld worden.
15