SeekTech SR-60
Figuur 45: Een gebruikersgedefinieerde frequen-
tie bewerken (Opmerking: Vuilnisbakpictogram
voor wissen van frequentie verschijnt wanneer
frequentie is ingesteld op 0)
3.
Gebruik de pijltjestoetsen om van cijfer naar cijfer te gaan
en de waarden te verhogen of verlagen.
4.
Wanneer de frequentie correct is, drukt u op de selectietoets
om de nieuwe waarde op te slaan.
Doe het volgende om een gebruikersgedefinieerde frequentie
te wissen:
1.
Druk op de Menu-toets
ties op te roepen. Ga naar de gebruikersgedefinieerde fre-
quentie die u wenst te bewerken.
2.
Druk op de Frequentie-toets
de frequentievenster met de door u geselecteerde frequen-
tie verschijnt.
3.
Selecteer ieder cijfer dat niet op nul is ingesteld, en gebruik
de toets pijltje naar beneden om het tot nul te verlagen.
4.
Wanneer alle cijfers van de frequentie op nul zijn ingesteld,
verschijnt het vuilnisbakpictogram. Druk op de selectietoets
. De gebruikersgedefinieerde frequentie wordt gewist.
Figuur 46: Het scherm gebruikersgedefinieerde
frequentie
230
om de lijst van actieve frequen-
. De gebruikersgedefinieer-
Ridge Tool Company
Menu's en instellingen
Wanneer u op de Menu-toets drukt, verschijnt er een reeks op-
ties die de gebruiker in staat stellen de SR-60 te configureren
volgens zijn persoonlijke voorkeuren (Zie Figuur 47). Het menu
is een contextgevoelige lijst van opties. Het toegangspunt tot de
menulijst is ingesteld op de heersende actieve frequentie.
Afteltimer voor automatische menu-afsluiting
Tijdens het overlopen van de menuboomstructuur verschijnt er
onderaan het scherm een teller die aftelt. Wanneer hij nul be-
reikt, keert het scherm automatisch terug naar het vorige niveau
in de menustructuur tot het bedieningsscherm opnieuw ver-
schijnt. Bij iedere druk op een toets wordt de teller terug op ne-
gen gezet, of telkens wanneer het vorige menuniveau verschijnt,
tot het bedienings-scherm weer verschijnt.
Figuur 47: Hoofdmenu
Van boven naar beneden bevat het hoofdmenu de volgende
opties:
1.
SimulTrace (512 Hz + 33 kHz) (Indien geactiveerd)
2.
Momenteel beschikbare sondefrequenties
(Al dan niet "Checked-Active")
3.
Momenteel beschikbare actieve-leidingtrace-
rings-frequenties (Al dan niet "Checked-Active")
4.
Momenteel beschikbare stroom (passieve-
leidingtrace rings-) frequenties (Al dan niet
"Checked-Active")
5.
Momenteel beschikbare radiofrequenties
(lage en hoge) (Al dan niet "Checked-Active")
OmniSeek-modus
6.
7.
Instelling dieptemeeteenheden
8.
Regeling achtergrondverlichting
9.
Instelling automatisch afsluiten
10.
LCD-contrastregeling