Zorg ervoor dat de STOP / RUN-schakelaar in de RUN-positie staat (Pic.6)(6.1 ).
Houd de boormachine stevig vast met één hand. Pak met de andere hand de handgreep van
het trekstartkoord vast (Pic. 7) en trek langzaam totdat u weerstand voelt, wat aangeeft dat de
trekstarter is ingeschakeld. Als u weerstand voelt, trekt u krachtig aan het koord. Ga door met deze
procedure totdat de motor start.
Wanneer de motor succesvol is gestart en soepel loopt, zet u de chokehendel in de UIT-stand.
Druk de hendel van de veiligheidsschakelaar (Pic. 6) (6.2) in en knijp vervolgens in de gashendel
(Pic. 6) (6.3), de boorbeitel begint te draaien. Om de kottersnelheid aan te passen, draait u de
snelheidsafsteller (Pic .6)(6.4) totdat de gewenste instelling is bereikt.
Om het draaien van de boorkop te stoppen, knijpt u kort in en laat u de gashendel los.
DE GRONDBOOR BEDIENEN
- Dit product vereist het gebruik van twee handen om een veilige bediening te garanderen.
- Zorg ervoor dat bij het boren van gaten geen risico bestaat op contact met elektrische kabels,
gasleidingen, waterleidingen, enz.
- Inspecteer het werkgebied voordat u begint. Verwijder alle voorwerpen of vuil dat zou kunnen
worden weggeslingerd, vastgelopen of verstrikt zou kunnen raken in de boorbeitel.
- Neem een stabiele houding aan en houd de boormachine altijd voor uw lichaam. Pak de
handgrepen met beide handen vast, zodat u de bedieningshendels veilig kunt bedienen.
- Laat de boorkop op volle snelheid komen voordat u begint met kotteren.
9