Het meetgereedschap biedt u de volgende mogelijkheden:
100% infraroodbeeld
•
Er wordt uitsluitend het warmtebeeld weergegeven.
•
Beeld in beeld
Het weergegeven warmtebeeld wordt begrensd en de omgeving wordt als echt beeld weergegeven.
Deze instelling verbetert de oriëntatie van het meetbereik.
•
Transparantie
Het weergegeven warmtebeeld wordt transparant over het echte beeld geplaatst. Zo kunnen objecten
beter worden herkend.
Door het indrukken van de toets omhoog of de toets omlaag kunt u de instelling selecteren.
7.3
Fixeren van de schaal
De aanpassing van de kleurverdeling in het warmtebeeld vindt automatisch plaats, maar kan door het
indrukken van de functietoets rechts gefixeerd worden. Dit faciliteert de vergelijkbaarheid van warmtebeelden,
die onder verschillende temperatuuromstandigheden opgenomen zijn (bijv. bij de controle van meerdere
ruimtes op warmtebruggen) of het verbergen van een extreem koud of heet object in het warmtebeeld, dat
dit anders vervormen zou (bijv. radiator als heet object bij het zoeken naar warmtebruggen).
Om de schaal weer op automatisch te schakelen, drukt u opnieuw op de functietoets rechts. De temperaturen
verhouden zich nu weer dynamisch en passen zich aan de gemeten minimum- en maximumwaarden aan.
7.4
Meetfuncties
Om verdere functies op te roepen die u bij de weergave behulpzaam kunnen zijn, drukt u op de toets
Func. Navigeer in de aangegeven opties met de toets links resp. toets rechts om een functie te selecteren.
Selecteer een functie en druk de toets Func opnieuw in.
De volgende meetfuncties zijn beschikbaar:
•
'Automatisch'
De kleurverdeling in het warmtebeeld vindt automatisch plaats.
•
'Warmtezoeker'
In deze meetfunctie worden alleen de hogere temperaturen in het meetbereik als warmtebeeld weerge-
geven. Het gebied buiten deze hogere temperaturen wordt als werkelijk beeld in grijstinten weergegeven.
De weergave in grijstinten voorkomt dat kleurige objecten foutief met temperaturen in verband worden
gebracht (bijv. rode kabel in schakelkast bij zoeken naar oververhitte componenten). Pas de schaal met
de toets omhoog en toets omlaag aan. Het weergegeven temperatuurbereik wordt daardoor als warm-
tebeeld uitgebreid resp. verminderd. Het meetgereedschap meet minimum- en maximumtemperaturen
verder mee en geeft deze aan de uiteinden van de schaal aan.
•
'Koudezoeker'
In deze meetfunctie worden alleen de lagere temperaturen in het meetbereik als warmtebeeld weerge-
geven. Het gebied buiten deze lagere temperaturen wordt als werkelijk beeld in grijstinten weergegeven,
om kleurige objecten niet foutief met temperaturen in verband te brengen (blauw raamkozijnen bij zoeken
naar slechte isolatie). Pas de schaal met de toets omhoog en toets omlaag aan. Het weergegeven
temperatuurbereik wordt daardoor als warmtebeeld uitgebreid resp. verminderd. Het meetgereedschap
meet minimum- en maximumtemperaturen verder mee en geeft deze aan de uiteinden van de schaal
aan.
•
'Handmatig'
Worden sterk afwijkende temperaturen in het warmtebeeld gemeten (bijv. radiator als heet object bij
onderzoek naar warmtebruggen), dan worden de beschikbare kleuren over een groot aantal temperaturen
in het bereik tussen maximum- en minimumtemperatuur verdeeld.
temperatuurverschillen niet meer gedetailleerd kunnen worden weergegeven. Om een gedetailleerdere
weergave van het te onderzoeken temperatuurgebied te krijgen, als volgt te werk gaan: Nadat u naar
de modus 'Handmatig' bent gewisseld, kunt u de maximum- resp. minimumtemperatuur instellen. Zo
kunt u het temperatuurbereik vastleggen, dat voor u relevant is en waarin u de kleine verschillen wilt
herkennen. De instelling 'Verdeelschaal terugzetten' past de schaal weer automatisch aan de gemeten
waarden in het zichtveld van de infraroodsensor aan.
7.5
Hoofdmenu
Om naar het hoofdmenu te gaan, drukt u eerst op de toets Func om de meetfuncties op te roepen. Druk
vervolgens op de functietoets rechts.
*2356162*
2356162
Dit kan ertoe leiden dat fijne
Nederlands
59