DE BUITENUNIT INSTALLEREN
• De buitenunit moet op een stevige muur worden
geïnstalleerd en goed worden vastgemaakt.
• Voordat u de leidingen en aansluitkabels aansluit,
moet u de volgende procedure volgen: bepaal wat
de beste positie op de muur is en laat voldoende
ruimte vrij om gemakkelijk onderhoud te kunnen
plegen.
• Bevestig de steun aan de muur met schroefankers
die bijzonder geschikt zijn voor het type muur.
• Gebruik een grotere hoeveelheid schroefankers
dan normaal nodig is voor het gewicht dat ze
moeten dragen om trillingen tijdens het gebruik
te voorkomen en jarenlang op dezelfde plaats
bevestigd te blijven zonder dat de schroeven
losraken.
• De eenheid moet worden geïnstalleerd volgens de
nationale voorschriften.
Condenswaterafvoer
buitenunit (alleen voor
modellen met warmtepomp)
Het gecondenseerde water en het ijs dat zich tijdens
het verwarmen in de buitenunit vormt, kunnen via de
afvoerpijp worden afgevoerd.
1
Bevestig de afvoerpoort in het gat van 25 mm
dat in het deel van de unit is aangebracht zoals
op de afbeelding te zien is.
2
Sluit de afvoerpoort en de afvoerpijp aan. Zorg
ervoor dat het water op een geschikte plaats
wordt afgevoerd.
Afvoeropening
20
Afvoerpijp
Elektrische aansluitingen
1
Verwijder de hendel op de rechter zijplaat van de
buitenunit.
2
Sluit het netsnoer aan op het aansluitingenbord.
De bedrading moet overeenkomen met die van
de binnenunit.
3
Gebruik bij het volgende nummer en de
volgende code een kabel die compatibel is met
de ingangsspanning (controleer het typeplaatje
op de unit) volgens de huidige nationale
voorschriften. (Verbinding moet goed worden
gemaakt). Gebruik voedingskabel code 60245
IEC 57 om de binnen- en buitenunit met elkaar
te verbinden.
4
Haal het handvat terug.
Bedradingsschema op de
achterkant van het deksel
Buitenunit
1
N
(L)
Verbindingskabel 2
NL
Schroef
Verwijder de rechter
zijplaat
L
N
Verbindingskabel 1