Voor uw veiligheid.
schriften. Als de waarschuwingen en voorschriften niet
worden opgevolgd, kan dit een elektrische schok,
brand of ernstig letsel tot gevolg hebben.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften voor
toekomstig gebruik.
Gebruik dit elektrische gereedschap niet voordat
u deze gebruiksaanwijzing en de meegeleverde
„Algemene veiligheidsvoorschriften" (document-
nummer 3 41 30 465 06 0) grondig heeft gelezen en
volledig heeft begrepen. Bewaar deze documentatie
voor later gebruik en geef ze mee wanneer u het elek-
trische gereedschap doorgeeft of verkoopt.
Neem ook de geldende nationale arbeidsveiligheidsre-
gels in acht.
Bestemming van het elektrische gereedschap:
ABS18 Q AS (**) / ASCM18 QSW AS (**):
handgevoerde boorschroevendraaier voor het in- en
uitdraaien van schroeven, het vast- en losdraaien van
moeren en het boren en schroeven in metaal, hout,
kunststof en keramiek met de door FEIN goedgekeurde
inzetgereedschappen en het door FEIN goedgekeurde
toebehoren zonder toevoer van water in een tegen
weersinvloeden beschermde omgeving.
ASB18 Q AS (**):
handgevoerde klopboorschroevendraaier voor het in-
en uitdraaien van schroeven, het vast- en losdraaien van
moeren, het boren en schroeven in metaal, hout,
kunststof en keramiek en het klopboren in beton, steen
en metselwerk met de door FEIN goedgekeurde inzet-
gereedschappen en door FEIN goedgekeurd toebeho-
ren zonder toevoer van water in een tegen
weersinvloeden beschermde omgeving.
In een omgeving met storingen is een verminderde
kwaliteit van de werking mogelijk, zoals tijdelijke uitval,
tijdelijk vermindering van functie of van beoogde pres-
taties. Voor het herstel daarvan is een ingreep van de
bediener vereist.
Veiligheidsvoorschriften voor boormachines.
Veiligheidsvoorschriften voor alle werkzaamhe-
den.
Draag een gehoorbescherming bij klopboorwerkzaam-
heden. De blootstelling aan lawaai kan gehoorverlies tot
gevolg hebben.
Houd het gereedschap aan de geïsoleerde greepvlak-
ken vast als u werkzaamheden uitvoert waarbij het
inzetgereedschap of de schroeven verborgen stroomlei-
dingen kan of kunnen raken. Contact met een onder
spanning staande leiding kan ook metalen delen van het
gereedschap onder spanning zetten en tot een elektri-
sche schok leiden.
Lees alle veiligheidswaar-
schuwingen en alle voor-
Veiligheidsvoorschriften bij gebruik van lange
boren.
Werk in geen geval met een hoger toerental dan het
voor de boor maximaal toegelaten toerental. Bij hogere
toerentallen kan de boor gemakkelijk verbuigen wan-
neer deze zonder contact met het werkstuk vrij kan
draaien. Hierdoor kan letsel ontstaan.
Begin het boren altijd met een laag toerental en terwijl
de boor contact met het werkstuk heeft. Bij hogere toe-
rentallen kan de boor gemakkelijk verbuigen wanneer
deze zonder contact met het werkstuk vrij kan draaien.
Hierdoor kan letsel ontstaan.
Oefen geen overmatige druk uit en alleen in de lengte-
richting van de boor. Boren kunnen verbuigen en daar-
door breken of tot verlies van de controle en tot letsel
leiden.
Bijzondere veiligheidsvoorschriften.
Gebruik geen beschadigd elektrisch gereedschap. Con-
troleer altijd vóór gebruik van het elektrische gereed-
schap de behuizing en overige componenten op
beschadigingen zoals scheuren of breuken.
Let op verborgen liggende elektrische leidingen en bui-
zen voor gas en water. Controleer de werkomgeving
voor het begin van de werkzaamheden, bijvoorbeeld
met een metaaldetector.
Draag persoonlijke beschermende uitrusting. Gebruik
afhankelijk van de toepassing een volledige gezichtsbe-
scherming, oogbescherming of veiligheidsbril. Draag
voor zover van toepassing een stofmasker, een gehoor-
bescherming, werkhandschoenen of een speciaal
schort dat kleine slijp- en materiaaldeeltjes tegen-
houdt. Uw ogen moeten worden beschermd tegen
wegvliegende deeltjes die bij verschillende toepassin-
gen ontstaan. Een stof- of adembeschermingsmasker
moet het bij de toepassing ontstaande stof filteren. Als
u lang wordt blootgesteld aan luid lawaai, kan uw
gehoor worden beschadigd.
Blokkeer bij werkzaamheden op hoogte het gebied
onder het gebied waar u werkt en beveilig het elektri-
sche gereedschap en het werkstuk altijd tegen vallen.
Gebruik het elektrische gereedschap alleen op een sta-
biel werkoppervlak en zorg ervoor dat u stevig staat.
Zet het werkstuk vast. Een in een spanvoorziening vast-
gezet werkstuk wordt steviger vastgehouden dan in uw
hand.
Houd het elektrische gereedschap goed vast. Er kunnen
gedurende korte tijd grote reactiemomenten optreden.
Bewerk geen magnesiumhoudend materiaal. Er bestaat
brandgevaar.
Bewerk geen met koolstofvezel versterkte polymeren
(CFRP) en geen asbesthoudend materiaal. Deze gelden
als kankerverwekkend.
Er mogen geen plaatjes of symbolen op het elektrische
gereedschap worden geschroefd of geniet. Een bescha-
digde isolatie biedt geen bescherming tegen een elektri-
sche schok.
nl
45