KOELMIDDELLEIDINGEN INSTALLEREN
8.4 LUCHTDICHTHEID TESTEN
1 Sluit de manometer met behulp van de vulslangen met een
stikstoffles aan op de keerkoppeling van de gasafsluitkraan.
Breng een stikstofgasdruk van 4,15 MPa aan.
2 Controleer de aansluitingen met opgetrompte moer en de
gesoldeerde onderdelen met behulp van een gaslekdetector
of schuimende substantie op gaslekkage.
3 Laat de stikstof wegstromen na de luchtdichtheidstest.
Procedure
Voltooiing van
Stikstofgas
leidingen voor
gebruiken
koelmiddelen
?
O P M E R K I N G
•
Draai de afsluitkranen tijdens de luchtdichtheidstest niet open.
8.5 VACUÜMPOMP EN BIJVULLEN VAN
KOELMIDDEL
1 Sluit de manometer met behulp van de vulslangen met
een vacuümpomp aan op de keerkoppeling van de
gasafsluitkraan.
2 Ga door met vacuümpompen totdat de druk gedurende één
tot twee uur een waarde van -0,1 MPa of lager heeft bereikt.
Buitenunit
Meterspruitstuk
Vulslang
(voor R32)
3 Nadat het vacuümpompen is beëindigd, sluit u de klep van
de manometer en schakelt u de vacuümpomp uit. Laat de
pomp één uur uitstaan. Controleer of de druk in de meter
niet stijgt.
4 Draai de gasafsluitkraan en de vloeistofafsluitkraan volledig
open.
5 Voeg koelmiddel toe afhankelijk van de diameter- en lengte
van de leiding bij de plaatselijke aansluiting.
6 Controleer met behulp van een gaslekkegedetector of
schuimende stof op gaslekkage. Gebruik een schuimende
stof dat geen NH
produceert bij een chemische reactie.
3
Controleren
op drukverlies
Onderdeel
met Lekkage
repareren
Binnenunit
Stikstoffles
(voor testen op
luchtdichtheid en
blazen met stikstof
tijdens solderen)
Koelmiddelfles (R32)
Weegschaal
Vacuümpomp
?
O P M E R K I N G
•
Wanneer u de kap verwijdert kan een geluid klinken door ontluchting
van verzameld gas bij de O-ring en bouten.
Dit is echter GEEN gaslek.
•
Deze unit gebruikt enkel koelmiddel R32. De spruitstukmeter en de
vulleiding mogen enkel met R32 gebruikt worden.
•
Indien een vacuümgraad van -0,1 MPa niet beschikbaar is, dan is er
waarschijnlijk een gaslek of vocht. Controleer nogmaals op gaslekken.
Als u geen lekkage kunt vaststellen, schakelt u de vacuümpomp één
tot twee uur in.
OK
8.6 HOEVEELHEID KOELMIDDEL
Indien de totale leidinglengte langer (L) is dan de niet-opgevulde
leidinglengte, moet de extra hoeveelheid koelmiddel worden
gebaseerd op de onderstaande tabel:
Capaciteit
Fabrieksvulling
Ongevulde leidinglengte (L
Extra vulling voor leidinglengte
(L-L
)
0
Minimale leidinglengte (L
Maximale leidinglengte (L
Maximale totale vulling
koelmiddel (*)
Maximaal verschil van hoogte tussen de buiten- en binnenunit
Buitenunit is hoger dan
binnenunit
Binnenunit is hoger dan
buitenunit
Bij een totale hoeveelheid koelmiddel van ≥1,84 kg, is een
vereiste extra minimale vloeroppervlakte nodig. (Meer informatie
hierover vindt u in het volgende hoofdstuk).
!
L E T O P
•
Bij het bijvullen van het koelmiddel dient u de hoeveelheid zorgvuldig
te bepalen.
•
Als u te veel of te weinig koelmiddel bijvult, kunnen er problemen met
de compressor ontstaan.
15
44
60
(2,0 HP)
(2,5 HP)
kg
1,23
)
m
15
0
g/m
20
)
m
5
min
)
m
40
max
kg
1,73
m
30
m
20
80
(3,0 HP)
1,26
15
30
45
2,16