Bedieningselementen; De Functie Van Alle Bedieningen) - EMAK MISTRAL 72/13 H Manual De Uso

Tabla de contenido

Publicidad

Idiomas disponibles
  • MX

Idiomas disponibles

  • MEXICANO, página 72
VOORZICHTIG: Als de stekker (E) niet wordt aangesloten,
zal de start van de machine niet worden vrijgegeven.
De grasopvangzak monteren (Fig.7)
Monteer eerst het frame door het bovenste deel (A) aan het
onderste deel (B) en de versteviging (C) te bevestigen met de
bijgeleverde 2 schroeven (D), de 2 moeren (E) en de 2
sluitringen (F). Houd u hierbij aan de aangegeven volgorde.
Plaats de 2 dwarsverstevigingen (G) en bevestig ze aan het
frame met 4 pinnen (H) die u met 4 splitpennen (L) blokkeert.
Plaats het zo gevormde frame in de zak met bodem (M) en
zorg ervoor dat de onderkant rondom op de juiste plaats zit.
Maak alle plastic profielen aan de buizen van het frame vast
met behulp van een schroevendraaier.
Monteer de 2 handgrepen (N) op het deksel (P) met behulp van
de 4 schroeven (Q), de 4 moeren (E) en de 4 sluitringen (F).
Houd hierbij de aangegeven volgorde aan. Voltooi de montage
van het deksel met de 2 schroeven aan de voorkant (R) en de 2
NL
schroeven aan de achterkant (S) en de 4 moeren (T).
Plaats als laatste de knop (V) op de grasuitlaatbuis (Z) en
blokkeer de buis in zijn behuizing met een pin (H) en de
splitpen (L).
5. BEDIENINGSELEMENTEN (Fig.10)
A) Stuurwiel
Hiermee kunt u de voorwielen besturen.
B) Gashendel / choke
Hiermee kunt u het motortoerental regelen. De diverse
standen staan aangeven op een plaatje met de volgende
symbolen:
CHOKE-stand voor een koude start,
LANGZAAM-stand stemt overeen met het laagste
toerental,
SNEL-stand stemt overeen met het hoogste toerental.
Tijdens het rijden moet u een tussenstand tussen de
LANGZAAM- en de SNEL-stand kiezen; tijdens het maaien is
het verstandig om de hendel op de SNEL-stand te zetten.
C) Parkeerremhendel
Deze hendel wordt gebruikt om te voorkomen dat de
machine na het parkeren wegrijdt en moet altijd worden
ingeschakeld, voordat u van de machine afstapt.
De rem wordt ingeschakeld door de hendel naar de bediener
toe te trekken (stand A) en daarna naar links te verplaatsen.
Om de parkeerrem uit te schakelen, moet de hendel naar
rechts wordt verplaatst (stand B).
D) Contactslot
Het contactslot heeft vier standen die overeenstemmen met:
OFF STOP-stand: alles uit,
R
Stand ACHTERUIT MAAIEN: activeert alle functies en
maakt het maaien in de achteruitversnelling mogelijk,
1
Stand BEDRIJF: activeert alle functies,
ON START-stand: de startmotor wordt ingeschakeld. Als de
sleutel in deze stand wordt losgelaten, keert deze
automatisch in de stand (1) BEDRIJF.
E) Controlelampje en signaleringssysteem
Dit controlelampje gaat branden als de sleutel in de stand (1)
BEDRIJF staat en blijft tijdens de werking steeds branden. Een
knipperend lampje betekent dat er geen vrijgave voor de
werking van de motor is. De motor stopt in de volgende gevallen:
Alarm 1 (1 maal knipperen) - De opvangzak gaat omhoog of
de steenbeschermkap wordt verwijderd bij ingeschakeld
mes.
Alarm 2 (2 maal knipperen) - De bediener verlaat de stoel,
maar blijft één van de snelheidsregelingspedalen indrukken.
88
Alarm 3 (3 maal knipperen) - De bediener verlaat de stoel
zonder één van de snelheidsregelingspedalen in te drukken,
maar zonder de parkeerrem in te schakelen.
Alarm 4 (4 maal knipperen) - De parkeerrem wordt
ingeschakeld zonder dat het mes is uitgeschakeld.
Alarm 5 (5 maal knipperen) - Het snelheidsregelingspedaal
wordt in de achteruitversnelling ingeschakeld zonder dat de
sleutel op R is gezet (achteruit maaien) bij ingeschakeld mes.
Bovendien klinkt bij ingeschakeld mes een continu
geluidssignaal als de opvangzak vol is.
Wanneer de snelheidsregelingspedalen worden ingeschakeld
terwijl de parkeerrem is ingeschakeld, wordt dit aangegeven
door een zeer snel intermitterend geluidssignaal.
De machine kan onder de volgende condities gestart worden:
1) De snelheidsregelingspedalen (voor- of achteruit) zijn niet
ingedrukt.
2) De bediening voor de inschakeling van het mes is
uitgeschakeld (STOP-stand).
3) De bediener zit op de stoel of de parkeerrem is
ingeschakeld.
Wanneer niet aan één van deze condities wordt voldaan, dan
wordt geen toestemming voor de start gegeven en het
controlelampje knippert.
F) Knop voor de inschakeling van de rem van het mes
Deze knop heeft twee standen die op een plaatje worden
aangegeven: STOP-stand = Uitgeschakeld mes
START-stand = Ingeschakeld mes
A l s h e t m e s w o r d t i n g e s c h a k e l d z o n d e r a a n d e
veiligheidscondities te voldoen, dan gaat de motor uit. Bij
uitschakeling van het mes (STOP- stand), wordt tegelijkertijd
een rem ingeschakeld die de rotatie van het mes binnen vijf
seconden stopt.
G) Regelhendel van de maaihoogte
Deze hendel heeft zeven standen die van 1 tot 7 op het
plaatje staan vermeld. Deze standen komen overeen met
evenveel maaihoogtes tussen 30 en 80 mm. Om de
maaihoogte van de ene naar de andere stand in te stellen,
moet de hendel zijdelings worden verplaatst en in één van de
zeven inkepingen worden geplaatst.
LET OP: Laat de hendel niet in een tussenstand tussen
twee inkepingen. Risico op onverwachte beweging van
de snijplaat.
H) Snelheidsregelingspedalen
De gashendel (B) heeft de functie om het motortoerental te
regelen. Het toerental neemt geleidelijk toe als de hendel in
de richting SNEL wordt verplaatst en neemt af als de hendel
in de richting LANZAAM wordt verplaatst.
De twee pedalen regelen de snelheid van de machine zowel
in de vooruitversnelling (H1) als in de achteruitversnelling
(H2), ook afhankelijk van hoe de gashendel is ingesteld.
LET OP: De overgang van de vooruitversnelling naar
de achteruitversnelling moet bij stilstaande machine
worden uitgevoerd.
L) De ontgrendelingshendel van de hydrostatische
overbrenging
De hendel bevindt zich in de buurt van het linker achterwiel
en heeft twee standen, die op een plaatje zijn aangegeven:
S t a n d A : I n g e s c h a k e l d e o ve r b re n g i n g, vo o r a l l e
gebruikscondities, tijdens het rijden en tijdens het maaien;
Stand B: Ontgrendelde overbrenging, op deze manier kan de
machine met uitgeschakelde motor worden verplaatst.
V O O R Z I C H T I G : O m b e s c h a d i g i n g v a n d e
transmissiegroep te vermijden, mag het blokkeren/
deblokkeren van de hendel enkel uitgevoerd worden
als de motor uitgeschakeld is en de parkeerrem
ingeschakeld is.

Publicidad

Tabla de contenido
loading

Este manual también es adecuado para:

Zephyr 72/13 h

Tabla de contenido