6 REGELING VAN PITCH, REM, DRAAIPLATEAU EN TOONSOORT
De weergavesnelheid kan op twee manieren worden veranderd.
• Stel de pitch (de weergavesnelheid) in met behulp van de schuifregelaar (±10% en ±16%).
• De PITCH BEND-toets en de jogdial kunnen worden gebruikt om de pitch kortstondig te veranderen.
De weergavesnelheid kan in hoge mate worden veranderd om effecten die doen denken aan grammofoonplaten te creëren.
Pitch/draaiplateau tegenhouden
[Schuifregelaar]
1-
Schakel de variabele weergavesnelheid in.
1
Druk de PITCH-toets in zodat de PITCH-indicator oplicht.
De pitch wordt
verlaagd.
De pitch wordt verhoogd wanneer de
schuifregelaar naar boven wordt
geschoven, en verlaagd wanneer de
0%
1-
schuifregelaar naar beneden wordt
2
geschoven.
De pitch wordt
verhoogd.
• De pitch kan worden vastgezet door de PITCH-toets
opnieuw in te drukken.
[PITCH BEND-toets]
Druk de PITCH BEND + (of de PITCH BEND –) toets in.
• De pitch wordt kortstondig verhoogd of verlaagd wanneer
de PITCH BEND + of de PITCH BEND – toets wordt
2-
ingedrukt.
1
• De mate waarin de PITCH BEND-toets de pitch verandert
hangt af van hoe lang de toets ingedrukt wordt gehouden.
Hoe langer de toets ingedrukt wordt gehouden, hoe
hoger de weergavesnelheid verandert.
Schakel de pitch bend-functie van de jogdial in.
Druk de EFFECT-toets in zodat de BEND-indicator oplicht.
• De weergavesnelheid wordt geleidelijk verhoogd wanneer
de jogdial naar rechts wordt gedraaid, en geleidelijk
2-
2
verlaagd wanneer de jogdial naar links wordt gedraaid.
Wanneer u het verdraaien van de jogdial stopt, keert de
weergavesnelheid terug naar de vorige snelheid.
• De zoekfunctie van de jog/shuttle-dial wordt automatisch
ingeschakeld wanneer de weergave wordt gestopt.
Schakel de plat-H functie van de jogdial in.
Druk de EFFECT-toets in zodat de BEND-indicator oplicht.
• De weergavesnelheid verandert afhankelijk van de mate
waarin de jogdial wordt verdraaid, zodat er een geluid
ontstaat dat lijkt op het gebruik van een grammofoon-
3
plaat.
• De weergavesnelheid wordt verhoogd wanneer de jogdial
naar rechts wordt gedraaid, en verlaagd wanneer de
jogdial naar links wordt gedraaid. Wanneer u het
verdraaien
van
de
weergavesnelheid terug naar de vorige snelheid.
jogdial
stopt,
keert
de
NEDERLANDS
Rem/draaiplateau start-stop
Gebruik deze functie om twee effecten te creëren die lijken op het
geluid dat met analoge platenspelers kan worden gemaakt.
Schakel de rem of de plat-S functie in.
Druk op de BRAKE-toets.
• Wanneer de "
BRAKE
Er kan door tijdens weergave op de PLAY/PAUSE-toets te
drukken een geluid worden gecreëerd dat lijkt op het
geluid van een analoge platenspeler die tot stilstand komt.
• De remweg kan met behulp van de voor-
geprogrammeerde functies worden ingesteld.
• Wanneer de "
PLAT-S
start-stop functie
1
Het effect van een draaiplateau dat tot stilstand komt
wordt verkregen wanneer de PLAY/PAUSE-toets tijdens
weergave wordt ingedrukt en het effect van een
draaiplateau dat gestart wordt wordt verkregen wanneer
de PLAY/PAUSE-toets tijdens stand-by of vanuit de
pauzestand wordt ingedrukt. Het geluid van het start- en
stopeffect lijkt op de geluiden van een analoge platen-
speler die wordt gestart of tot stilstand komt.
• De start- en stoptijden kunnen met behulp van de
voorgeprogrammeerde functies worden ingesteld.
Toonsoortregeling
Deze functie maakt het mogelijk om de toonsoort van het
weergegeven geluid in te stellen.
De toonsoortregeling stelt de toonsoort automatisch in wanneer de
weergavesnelheid wordt veranderd, zodat de toonsoort gelijk blijft.
Schakel de toonsoortregeling in.
1
Druk de KEY-toets in zodat de KEY-indicator oplicht.
[Instellen van de toonsoort]
2-
Schakel de toonsoortregeling van de jogdial in.
1
Druk de EFFECT-toets in, zodat de KEY-indicator oplicht.
Stel de toonsoort in.
Verdraai de jogdial.
SEARCH
SCAN
De toonsoort wordt verhoogd wanneer de
6 7
jogdial naar rechts wordt gedraaid, en
verlaagd wanneer de jogdial naar links
2-
2
wordt gedraaid.
• De toonsoort wordt aangegeven op de balkindicator. De
oorspronkelijke toonsoort staat in het midden en één balk
staat gelijk aan twee stappen.
• Het instelbereik bedraagt ±16,0.
[Toonsoortregeling]
Compensatie voor de verandering in toonsoort wanneer
de weergavesnelheid wordt veranderd met behulp van
de schuifregelaar.
3
Druk de KEY-toets in zodat de KEY-indicator begint te knipperen.
• De toonsoort van de muziek bij een pitch van 0% blijft
hetzelfde wanneer de weergavesnelheid wordt veranderd.
De toonsoort kan niet met behulp van de jogdial worden
ingesteld.
OPMERKING:
• De toonsoortgevens worden gewist wanneer de cd-lade
wordt geopend.
" indicator oplicht: remfunctie
" indicator oplicht: draaiplateau
97