Hoe Maakt U De Cardanoverbrenging Korter - Bondioli & Pavesi SFT PRO Serie Manual De Instrucciones

NL
Vet de zitting voor de steunmoer voor de homokinetische koppeling in.
56
Plaats de steunmoer van de homokinetische koppeling, en richt ze zodanig dat
57
het vlakke deel in contact blijft met het huis van de homokinetische koppeling.
Paats de steunmoer van de vork voor de interne buis.
58
Positioneer de moerhelften (met grootste diameter) zodanig dat de lippen in de
59
zittingen van de steunmoer zijn gekoppeld.
Plaats de golfstrook door het gat te oriënteren met de vetnippel en de
60
ontluchtingsklep op het huis van de koppeling.
Plaats het samenstel interne plastic buis en trechter door het gat met de
61
referentiepen te oriënteren.
Draai de bevestigingsschroeven op de trechter vast.
62
Plaats de starre dop door de twee gaten te oriënteren met de vetnippel en de
63
ontluchtingsklep op het huis van de homokinetische koppeling.
Draai de bevestigingsschroeven vast op de starre dop. Er wordt afgeraden om
64
elektrische schroevendraaiers te gebruiken.
Draai de metalen smeernippel vast van de steunmoer van de homokinetische
65
koppeling.

HOE MAAKT U DE CARDANOVERBRENGING KORTER

Bondioli & Pavesi raadt u aan geen veranderingen aan te brengen aan de
66
producten en in elk geval de verkoper van de machine of een bevoegde
technische dienst te raadplegen. Voer de volgende procedure uit wanneer u de
overbrenging wil inkorten.
Demonteer de bescherming.
67
Kort de overbrengingsbuizen in tot de gewenste lengte. Bij normale
68
werkomstandigheden dienen de buizen elkaar voor minstens ½ van hun lengte
te overlappen. Ook wanneer de overbrenging niet draait, moeten de telescoopbuizen
elkaar voldoende overlappen om vastlopen te voorkomen. De serie SFT PRO is altijd
uitgerust met het Geasing System, daarom is het noodzakelijk om de buizen met een
beperkte hoeveelheid in te korten om schade aan het smeersysteem te voorkomen.
Ontbraam voorzichtig de uiteinden van beide buizen met een vijl, vooral de
69
buitenste rand van de binnenste buis en de binnenste rand van de buitenste
buis.
Maak de buizen schoon en verwijder schaafsel en vijlsel volledig. Als de
wordt ingekort, moet het ontbramen, reinigen en opnieuw invetten van de buizen
op de juiste manier worden uitgevoerd voor een goede levensduur van de cardanas.
Kort de beschermbuizen één voor één evenveel in als de overbrengingsbuizen.
70
Smeer de binnenste overbrengingsbuis en breng de bescherming weer aan.
71
64
cardanas