ALGEMENE INFORMATIE VOOR DE VEILIGHEID
geschikt gereedschap zoals:
- Platte schroevendraaiers van 3
en 8 mm en een middelgrote kruis-
schroevendraaier
- Verstelbare pijpentang
- Hulpmiddelen voor gas (slangen,
afdichtingen enz.)
- Elektricien schaar
- Hulpmiddelen voor water (slangen,
afdichtingen enz.)
- Zeskantsleutel 8 mm
- Gaslek detector
- Hulpmiddelen voor elektriciteit (ka-
bels, aansluitklemmen, industriële
contactdozen enz.)
- Steek- en moersleutels 8 mm
- Volledige installatiekit (elektriciteit,
gas, enz.)
Verder is er naast het vermel-
de gereedschap ook een hef-
werktuig nodig voor het heffen
van de apparatuur; dit werktuig moet
aan alle voor hefmiddelen geldende
normen voldoen.
INDICATIE
BLIJVENDE RISICO'S / Ondanks
de toepassing van regels voor "goe-
de bouwtechniek" en de wettelijke
bepalingen die de fabricage en de
verkoop van het product regelen,
blijven er echter "blijvende risico's"
bestaan waarvan de eliminatie, als
gevolg van de aard van de appara-
tuur, niet mogelijk was. Deze risico's
omvatten:
BLIJVEND RISICO VOOR
ELEKTROCUTIE / Dit risico
bestaat in geval men een in-
terventie moet doen op elektrische
en/of elektronische voorzieningen
die onder spanning staan.
BLIJVEND RISICO VOOR
BRANDWONDEN / Dit risico
bestaat in geval men toevallig
in contact komt met materialen die
DEZE HANDLEIDING IS EIGENDOM VAN DE FABRIKANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN.
BETREFFENDE
zeer heet zijn.
BLIJVEND RISICO VOOR
BRANDWONDEN
NEER
NAAR BUITEN KOMT / Dit risico
bestaat in geval men toevallig in
contact komt met naar buiten ko-
mende materialen die zeer heet zijn.
Recipiënten die te vol zijn met vloei-
stoffen en/of vaste stoffen die tijdens
de verwarmingsfase van morfologie
veranderen (overgaan van een vas-
te naar vloeibare toestand) kunnen
oorzaak zijn van brandwonden in-
dien op een verkeerde manier ge-
bruikt. Tijdens de bewerkingsfase
moeten de gebruikte recipiënten op
gemakkelijk zichtbare niveaus wor-
den geplaatst.
BLIJVEND RISICO VOOR
VERPLETTERING VAN DE
LEDEMATEN / Dit risico
treedt op wanneer men onopzettelijk
contact maakt tussen de delen tij-
dens de plaatsing, het transport, de
opslag, het assembleren en het ge-
bruik van de apparatuur.
BLIJVEND RISICO VOOR
ONTPLOFFING / Dit risico be-
staat bij: • Aanwezigheid van
gasgeur in de omgeving;
• gebruik van het apparaat in een at-
mosfeer die stoffen met ontploffings-
gevaar bevat;
• gebruik van eetwaren in gesloten
recipiënten (bijvoorbeeld bokalen en
blikjes) indien deze niet geschikt zijn
voor die toepassing;
• gebruik van ontvlambare vloeistof-
fen (bijvoorbeeld alcohol).
BLIJVEND RISICO VOOR
BRAND / Dit risico bestaat bij:
gebruik
vloeistoffen/materialen, gebruik van
het apparaat als frituurpan.
- 8 -
WAN-
ER
MATERIAAL
van
ontvlambare