HET WERKSTUK MET DE AARDE VERBINDEN
Wanneer het werkstuk niet met de aarde verbonden is om
reden van elektrische veiligheid of wegens de afmetingen en de
positie kan het met de aarde verbinden van het werkstuk de
straling verminderen. Wel moet men er op letten dat door het
werkstuk te aarden dit geen aanleiding mag geven tot verhoogd
risico op ongevallen voor de operator nog tot beschadiging van
andere elektrische apparaten. Respecteer de nationale
voorschriften inzake het met de aarde verbinden.
AFSCHERMING
Het selectief afschermen van andere kabels en toestellen in de
omgeving van de arbeidszone kan de interferenties verminderen.
Voor speciale toepassingen kan overwogen worden om de ganse
lasinrichting af te schermen.
1.5 Beveiligingsgraad IP
IP23S
- Kast voorkomt dat gevaarlijke onderdelen met de vingers of
voorwerpen met een diameter tot 12.5mm kunnen worden
aangeraakt.
- De kast beschermt tegen inregenen tot een hoek van 60° in
verticale stand.
- De kast beschermt tegen de gevolgen van binnen druppelend
water als de machine niet aanstaat.
2 INSTALLATIE
2.1 Wijze van optillen, transport en lossen
Het gewicht van het apparaat niet onderschatten,
(zie technische kenmerken).
De last nooit laten bewegen of laten hangen
boven personen of voorwerpen.
Het apparaat nooit laten vallen of bruusk neerzet-
ten.
- De installatie is voorzien van een handgreep waarmee hij met
de hand verplaatst kan worden.
Als hetgeen boven beschreven is niet altijd strikt in acht genomen
wordt, dan kan de fabrikant niet aansprakelijk gesteld worden.
2.2 Plaatsen van de installatie
Hoe hierbij rekening met volgende richtlijnen:
- Zorg voor een gemakkelijke toegang tot de regelingen en de
aansluitingen.
- Het apparaat niet opstellen in te kleine lokalen.
- Het apparaat nooit op een schuin vlak plaatsen met een
helling groter dan 10° t.o.v. de horizontale.
- Plaats de generator op een droge, schone plaats met passen-
de ventilatie.
- Bescherm de installatie tegen slagregen en tegen de zon.
2.3 Positionering gasflessen
- Flessen met gas onder druk zijn gevaarlijk. Raadpleeg de
leverancier vooraleer deze te manipuleren.
Ze dienen beschermd te worden tegen:
- directe bestraling door de zon;
- vlammen;
- temperatuursschommelingen;
- te lage temperaturen.
Bevestig ze aan een muur of aan een steun op een degelijke
wijze zodat ze niet kunnen omvallen.
78
2.4 Aansluiting
De verrijdbare SELCO apparaten worden uitsluitend met
laagspanning gevoed.
Verzeker u ervan, alvorens enige bewerking,
vervanging of reparatie aan onderdelen uit te
voeren, of de generator los is geschakeld van de
voedingslijn.
-
Open de linker zijkap.
-
Verbind de signaalkabel (1) met de daarvoor bestemde
stekker.
-
Verbind de vermogenkabel (2) met het daarvoor bestemde
bevestigingselement.
-
Zet de kabelklemmen vast en sluit de linker zijkap weer.
-
Verbind de gasleiding met de slangklem aan de achterkant.
2.5 Inbedrijfstelling
-
Controleer of de gleuf van de rol overeenkomt met de dia-
meter van de draad die u wenst te gebruiken.
-
Draai de ring (1) van de spoelhaspel en plaats de spoel. Laat
ook de metalen pen van de haspel op zijn plaats komen,
plaats de ring (1) weer en stel de frictieschroef (2) af;
-
Deblokkeer het treksupport van de motorreductor (3),
steek het uiteinde van de draad door de draadgeleidebus
en laat hem over de rol lopen, in de toortsbevestiging.
Blokkeer het treksupport in zijn positie (3) en controleer of
de draad in de gleuf van de rollen gekomen is.
-
Plaats de toorts, compleet met mantel, in de gecentrali-
seerde aansluiting (4) en draai de ring ervan volledig aan.