NL
Als er schade wordt vastgesteld, mag het product niet worden gebruikt vooraleer de schade is verwijderd of de beschadigde
onderdelen zijn vervangen door nieuwe onbeschadigde.
Productassemblage
LET OP! Controleer voor het eerste gebruik of alle schroefverbindingen goed vastzitten, vooral de schroeven in de kop en de
compressorbehuizing.
Een voet, voeten (II) of wielen moeten in de basis van de tank worden geschroefd, afhankelijk van het model. Bevestig de voet
of het wiel aan het gat in de basis met een schroef. Steek de schroef er vanaf de onderkant in, gebruik sluitringen en schroef de
moer erop. Draai met een passende sleutel. Bevestig de wielen (II) met schroeven aan de rechter- en linkerkant van de com-
pressorbasis, gebruik sluitringen aan de binnenkant en draai de moeren vast. Draai met een passende sleutel. Zorg ervoor dat
de onderdelen goed vastzitten.
Het product met onderdeelnummer YT-23320 moet worden voorzien van een handvat. Gebruik een moersleutel om de bevesti-
gingsschroeven los te draaien. Plaats de handgreep in de houder. Zet de schroeven vast met een moersleutel. Controleer of de
handgreep niet beweegt tijdens het gebruik.
Installatie van het luchtfi lter (III)
Op productonderdeelnummer YT-23300, YT-23305 moet voor het eerste gebruik een luchtfi lter worden gemonteerd. Verwijder de
kap van het luchtfi lter. Schroef het luchtfi lter met de wijzers van de klok mee met de hand in de luchtfi lteropening.
De compressor instellen
Plaats de compressor op een vlakke, stabiele ondergrond, uit de buurt van ontvlambare stoff en, in een goed geventileerde ruimte
en beschermd tegen weersinvloeden. Plaats de compressor op ongeveer 2,5 meter afstand van muren en voorwerpen.
Oliepeil controleren / olie bijvullen
LET OP! Verwijder de plug die voor transport is gemonteerd en schroef de olieplug (IV) erin. Controleer het oliepeil op de indicator
(V) voordat u met de werkzaamheden begint. Vul indien nodig olie bij tot het peil in het midden van het kijkglas staat. Als het
oliepeil te laag is (onder de bodem van het kijkglas), bestaat het risico dat de pomp vastloopt. Een te hoog oliepeil (bovenkant van
het kijkglas) of het gebruik van het verkeerde type olie brengt het risico met zich mee dat er olie met de lucht in het pneumatische
netwerk terechtkomt.
Gebruik een luchtcompressorolie met een viscositeit van SAE 15W40 voor de compressor.
De fabrieksolie moet na 10 uur compressorbedrijf worden ververst. Het verversen van de olie wordt verderop in deze handleiding
beschreven.
De compressor aansluiten op de elektrische voeding
Zorg ervoor dat de compressorschakelaar in de uit-stand staat (druk de schakelaar omlaag). Steek de stekker van de compressor
in het stopcontact.
Werking van de compressor
Sluit de slangen aan op de snelkoppelingen met het aangesloten pneumatische gereedschap dat voor het werk zal worden ge-
bruikt. Zorg ervoor dat de schakelaar van de pneumatische apparaten in de "uit" -positie staat:
De compressor in-/uitschakelen (VI)
Om de compressor in te schakelen, zet u de schakelaar in de aan-stand (trek de schakelaar omhoog). De compressor start door
de tank te vullen tot de in de fabriek ingestelde druk die in de tabel met technische gegevens staat. Tijdens het gebruik hangt de
hoeveelheid lucht die wordt verbruikt af van het type gereedschap dat wordt gebruikt. Het apparaat werkt in automatische modus
en handhaaft het in de fabriek ingestelde tankdrukniveau. Om de compressor uit te schakelen, zet u de schakelaar in de uit-stand
(druk de schakelaar omlaag).
Aanpassing werkdruk
Overschrijd de maximale druk niet die staat vermeld in de specifi caties van de aan te sluiten gereedschappen en slangen. De
toegestane waarde moet worden gecontroleerd in de technische specifi caties van de fabrikant van het gereedschap.
Gebruik de drukregelaar (VII) om de juiste uitgangsdruk in te stellen. De compressor is uitgerust met twee manometers. De waar-
de van de ingestelde uitgangsdruk kan worden afgelezen op de manometer onder de regelaar. De tankdruk kan worden afgelezen
op de manometer onder de compressieschakelaar (VI).
Overbelastingsbeveiliging (VIII)
Producten met onderdeelnummer YT-23310 en YT-23320 hebben een beveiligingssysteem tegen overbelasting van de elektro-
motor. De overbelastingsbeveiliging wordt ingeschakeld bij hoge motortemperaturen. Als de beveiliging wordt geactiveerd, scha-
kelt het apparaat automatisch uit. Laat het apparaat afkoelen. Om het apparaat weer in te schakelen, schakelt u de compressor
uit door de schakelaar omlaag te drukken. Druk op de overbelastingsschakelaar. Schakel de compressor in door de schakelaar
omhoog te trekken.
O O R S P R O N K E L I J K E
I N S T R U C T I E S
82