Vanwege een elektronisch circuit van de lader, kunnen de batterijen permanent, zonder schade aangekoppeld
blijven.
BELANGRIJK
Rook nooit of vermijd de vorming van vonken of vlammen in de buurt van de batterij of de lader.
Zorg er speciaal voor dat metalen gereedschappen niet op de batterij vallen. Dit zou een vonk of een kortsluiting
in de batterij of in een ander elektrisch element, en bijgevolg een explosie, kunnen veroorzaken. Verwijder
eveneens alle persoonlijke metalen voorwerpen en andere losse voorwerpen die u bij u draagt voor met de
batterij te werken.
Wanneer u reservebatterijen koopt moeten dit altijd door Sunrise Medical aangegeven batterijen zijn. In geval
van twijfel vraag advies aan uw Sunrise Medical dealer.
3. Bandendruk: het is belangrijk dat de druk en de staat van de banden regelmatig gecontroleerd worden. De
maximum aanbevolen druk voor de voorwielen bedraagt 36 psi (2.5 bar), en de maximum aanbevolen druk voor
de achterwielen (40 psi 2.7 bar). Waarschuwing: pomp de banden nooit met de luchtpomp van een benzinestation
op. Wij raden aan een handpomp of een drukregelaar (manometer) te gebruiken.
4. Mechanisme om stoepranden te nemen
Om stoepranden te nemen
1. Ga met langzame en gelijkmatige snelheid op de stoeprand af.
2. Op het ogenblik waarop het mechanisme in kwestie in contact komt met de stoeprand moet
de beweging van de rolstoel langzaam zijn. Lage stoepranden kunnen vanuit een stationaire
positie bestegen worden.
3. Geef voldoende vermogen aan de motoren om te verzekeren dat het voorste deel van de stoel
zodanig opgeheven wordt dat hij op de stoeprand blijft rusten, en vervolgens een beetje meer
vermogen en snelheid zodat de aandrijfwielen zachtjes en zonder onderbreking op de stoeprand
komen. Houd de joystick zoveel mogelijk in voorwaartse beweging.
Om van stoepranden af te dalen
1. Verplaatst u zich langzaam en voorzichtig tot de achterwielen zich aan de rand bevinden.
2 Daal zo langzaam mogelijk met de achterwielen achteruit van de stoeprand af. U zult zich veiliger
voelen indien u zich naar voren buigt, maar wees niet ongerust indien dit niet mogelijk is: de rolstoel
is uiterst stabiel en u loopt geen enkel risico zolang u de limieten van het ontwerp van uw rolstoel
niet overschrijdt.
3. Het voorste deel van de stoel zal natuurlijke wijze van de stoep afdalen naarmate de stoel zich
achteruit van de stoeprand verwijdert.
E. INSTELLINGEN
1. Instelling van de beensteun (afb. 7): om de hoogte van de voetsteunen in te stellen moet de bevestigingsmoer
van de schroef die zich op de buis van de voetsteun bevindt worden verwijderd. Neem de schroef uit, plaats de
voetsteun op de gewenste hoogte en plaats de schroef opnieuw in het gat dat bij deze hoogte past. Bevestig de
schroef met de moer. Voor deze instellingen is het aangeraden een sleutel Nr. 10 te gebruiken. Opmerking: Zorg
ervoor dat de schroef goed is vastgedraaid.
2. Instelling van de armsteun:
Hoogte-instelling (afb. 3): Draai de hendel naar links om de armsteunbuis te ontsluiten. Breng de armsteun op de
gewenste hoogte en draai de hendel naar rechts om hem vast te zetten.
Instelling van de breedte (afb.8): Gebruik voor het aanpassen van de ruimte tussen de armsteunen een maat
10, zeskantige dopsleutel voor het losschroeven van de zeskantige kopschroeven met kap op de opsluitadapter
van de armsteun, die aan het zijframe onder de armsteunen zijn bevestigd, en trek de armsteunen naar buiten of
binnen voor de gewenste positie. Draai de schroeven vervolgens weer aan. Zorg ervoor dat de schroeven vast
zitten met de contramoeren.
62