5
MOGELIJKE STORINGEN EN TOEGESTANE REMEDIES
Schakel een gekwalificeerd elektricien in voor werkzaamheden aan elektrische componenten (kabels, motor, pressostaat, schakelkast...)
STORING
Luchtlekkage uit de klep van de pressostaat.
Afname van het rendement. Veelvuldig starten.
Lage drukwaarden.
De motor (3) en/of de compressor raken
oververhit.
De compressor stopt na enkele startpogingen
door ingrijpen van de thermische beveiliging
i.v.m. overmatige belasting van de motor.
De compressor stopt tijdens bedrijf zonder
duidelijke reden.
De compressor trilt tijdens bedrijf en de motor
maakt een onregelmatig bromgeluid. Als hij
stopt, start hij niet meer op, ondanks het feit dat
er een bromgeluid uit de motor komt.
Abnormale aanwezigheid van olie in net.
Lekkage van condens uit de aftapkraan (4).
Alle overige werkzaamheden moeten door de erkende Servicecentra worden uitgevoerd, waarbij originele onderdelen gebruikt moeten worden.
Zelfstandig de machine proberen te repareren kan de veiligheid in gevaar brengen en maakt sowieso de garantie ongeldig.
OORZAAK
Terugslagklep die wegens slijtage of vuil op het
afsluitvlak niet correct zijn functie vervult.
Open condensaftapkraan (4).
Rilsan buis niet correct op de pressostaat
aangesloten.
Overmatig verbruik.
Lekken uit koppelingen en/of leidingen.
Verstopt aanzuigfilter (13).
Slippende riem.
Onvoldoende ventilatie.
Verstopte luchtdoorvoeropeningen.
Matige smering.
Starten met volle compressorkop.
Lage temperatuur.
Onvoldoende spanning.
Verkeerde of onvoldoende smering.
Inefficiënte magneetklep.
Ingreep van de thermische beveiliging van de
motor.
Elektrische storing.
Eenfasemotoren:
defecte condensator.
Driefasenmotoren:
Er ontbreekt een fase in het driefasen-
voedingssysteem i.v.m. mogelijke onderbreking
van een zekering.
Overmatige vulling van olie binnen de groep.
Slijtage segmenten.
Vuil of zand in de kraan.
51
REMEDIE
Draai de zeskantkop van de terugslagklep los,
reinig de zitting en het schijfje van speciaal
rubber (vervang indien versleten). Monteer
opnieuw en draai zorgvuldig vast (fig. 16a-16b).
Sluit de condensaftapkraan.
Breng de rilsan buis op correcte wijze binnen de
pressostaat in (fig. 17).
Verbruik minder.
Repareer de pakkingen.
Reinig/vervang het aanzuigfilter (13) (fig.
13a-13b).
Controleer de spanning van de riemen (fig. 15).
Verbeter de ventilatie.
Controleer en reinig eventueel het luchtfilter
(13).
Vul bij of ververs de olie
(fig. 18a-18b-18c-18d).
Aflaten van druk aan de kop van de compressor
door te drukken op de drukregelaar (5).
Verbeter de omgevingscondities.
Controleer of de netspanning overeenkomt
met die op het typeplaatje. Verwijder eventuele
verlengsnoeren.
Controleer het peil (9), vul bij of ververs
eventueel de olie.
Neem contact op met het Servicecentrum.
Controleer het oliepeil (9).
Eenfase-eentrapsversies:
bedien de drukknop op de pressostaat (5) door
hem in de OFF stand (fig. 1a).
Reset de thermische beveiliging (fig. 2) en start
opnieuw (fig. 1b).
Als de storing blijft aanhouden, contact
opnemen met het Servicecentrum.
Versies met sterdriehoekaanzetter:
bedien de drukknop op de thermische
beveiliging in de schakelkast (20) (fig. 3c) en
start opnieuw (fig. 6d).
Als de storing blijft aanhouden, contact
opnemen met het Servicecentrum.
Driefasige tweetrapsuitvoeringen met
vermogen groter dan of gelijk aan 7,5 pk,
220V,
Driefasige tweetrapsuitvoeringen met
vermogen groter dan of gelijk aan 10 pk,
400V:
druk op de resetknop voor motorbeveiliging
(afb. 3d) en zet vervolgens de pressostaat terug
in de stand ON (afb. 6a-6b-6c-6d).
Overige versies:
bedien de drukknop op de pressostaat (5) door
hem in de OFF stand en vervolgens in de ON
stand te zetten (fig. 1a-1b).
Als de storing blijft aanhouden, contact
opnemen met het Servicecentrum.
Neem contact op met het Servicecentrum.
Laat de condensator vervangen.
Controleer de zekeringen in de schakelkast
of –doos en vervang eventuele beschadigde
zekeringen (fig. 19).
Controleer het oliepeil (9).
Neem contact op met het Servicecentrum.
Reinig de kraan.
N
L