Alle delen moeten juist gemonteerd zijn en goed
functioneren om de machine correct te laten werken.
− Beschadigde bescherminrichtingen en -delen moeten,
indien
noodzakelijk,
reparatiewerkplaats gerepareerd of verwisseld worden.
− Beschadigde of onleesbare veiligheidsstickers dienen te
worden vervangen.
• Laat geen sleutels steken!
Controleer vóór het inschakelen altijd of de sleutels en
instelgereedschappen verwijderd zijn.
• Bewaar ongebruikte toestellen op een droge, afgesloten
plaats buiten de reikwijdte van kinderen op.
Voer geen andere reparaties dan de in het hoofdstuk
„Onderhoud" beschreven reparaties aan de machine uit,
maar neem direct contact op met de fabrikant of
klantenservice.
Reparaties aan de machine mogen alleen door de
fabrikant
resp.
door
klantenwerkplaatsen uitgevoerd worden.
Alleen de originele toebehoren en onderdelen gebruiken.
Bij het gebruik van niet originele onderdelen kunnen
risico's voor de gebruiker ontstaan. De fabrikant kan niet
aansprakelijk gesteld worden voor ongevallen hierdoor
ontstaan.
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
g
a
g
a
• Verwijder vóór het snijden alle vreemde lichamen (bv
stenen, takken, draad, enz.). Let gedurende het werken op
verdere vreemde lichamen.
• Let vóór het inschakelen van het toestel erop, dat het
snijwerktuig niet de vloer raakt.
• Let vóór het inschakelen van het toestel erop dat uw voeten
en handen in een veilige afstand ten opzichte van het
snijwerktuig zijn.
• Attentie! Het snijwerktuig loopt na! Rem het werktuig niet
met de hand.
• Begin met het snijden pas, wanneer het snijwerktuig het vol
toerental heeft bereikt.
• Raak nooit met het lopend snijwerktuig vaste voorwerpen
(stenen, stammen).
• Schakel de machine uit en verwijder de bougiesteker bij:
− contact van het toestel met stenen, nagels of andere
vreemde voorwerpen
− reparatiewerkzaamheden
− onderhouds- en reinigingswerkzaamheden
− bij storingen
− transport en opslag
− wissel van het snijwerktuig
− Verlaten van de machine (ook bij korte onderbrekingen)
door
een
een
door
van
t
i
e
s
v
o
o
r
d
e
v
r
i
j
s
n
i
j
d
t
i
e
s
v
o
o
r
d
e
v
r
i
j
s
n
i
j
d
z
o
n
t
r
i
m
m
e
r
z
o
n
t
r
i
m
m
e
r
V
e
i
l
i
g
V
e
i
l
i
g
• Verwijder in ieder geval vreemde voorwerpen uit de heg (bv
erkende
draad) omdat deze de messen van de heggenschaar
kunnen beschadigen.
• Voorzichtig bij bovengrondse stroomleidingen.
• Houdt handen en voeten van de snijvoorziening vandaan,
wanneer deze zich bewegen.
• Gebruik de heggenschaar niet voor het optillen of
wegscheppen van houtstukken of andere voorwerpen.
• Gebruik geen stompe, gesprongen of beschadigde
snijvoorziening.
• Wanneer u de gashendel loslaat, draait de snijvoorziening
nog korte tijd na.
• Begin het snijden met draaiende snijvoorziening.
• Begin met het snijden pas, wanneer de snijvoorziening
draait.
• Raak
draadafrasteringen of de vloer.
zijn
• Schakel de motor uit en laat de machine tot stilstand komen,
wanneer
− de snijvoorziening een vreemd lichaam raakt
− zich de bedrijfsgeluiden versterken,
− de machine ongewoon sterk trillt.
⇒ Trek de bougiesteker van de bougie en neem de
volgende maatregelen:
− machine op beschadigingen controleren;
e
r
/
e
r
/
− op losse onderdelen controleren en alle losse
onderdelven bevestigen;
− beschadigde
onderdelen vervangen of laten repareren.
• Zet de motor af en trek de bougiestekker uit
− om vastgeklemd zaaggoed te verwijderen.
− om storingen te verhelpen
− bij werkpauzes
− vóór het verlaten van de heggenschaar
V
e
i
l
i
g
V
e
i
l
i
g
• Wie met het toestel werkt, moet een opleiding kunnen
vertonen die in overeenstemming staat met de geplande
toepassing en moet bovendien met het gebruik van het
toestel en de persoonlijke beschermuitrusting bekend zijn.
• Gebruik uitsluitend een geschikte combinatie van geleiderail
en zaagketting, zoals bij „Technische gegevens" is
beschreven.
terugslaggevaar (kickback)!
• Is de olietank (kettingsmering) gevuld?
Controleer het oliepeil regelmatig. Vul onmiddellijk
zaagkettingolie bij, zodat de zaagketting niet droog loopt.
• Is de zaagketting correct gespannen?
Let op de punten in het gedeelte „Zaagketting spannen".
• Is de zaagketting correct geslepen?
Gebruik slechts goed geslepen zaagkettingen, omdat
stompe zaagkettingen niet alleen het terugslaggevaar
verhogen, maar ook de motor belasten.
• Maak niet gebruik van gescheurde zaagkettingen of zulke
die hun vorm hebben veranderd.
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
i
e
s
v
o
o
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
i
e
s
v
o
o
nooit
met
draaiende
onderdelen
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
i
e
s
v
o
o
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
i
e
s
v
o
o
Verkeerde
combinaties
r
d
e
h
e
g
g
e
s
c
h
a
r
r
d
e
h
e
g
g
e
s
c
h
a
r
snijvoorziening
tegen
gelijkwaardige
r
d
e
h
o
o
g
t
a
s
t
e
r
r
d
e
h
o
o
g
t
a
s
t
e
r
verhogen
het
107