5.3.2 Het inwendige van de LC 221
Afbeelding 6 toont de aansluitingen en het inwendige van de LC 221.
Afb. 6 Het inwendige van de LC 221 (driefasen-printplaat als voorbeeld)
Pos.
Beschrijving
Klemmen voor voeding (niet gebruiken voor Y/D-uitvoe-
1
ring).
Klemmen voor de aansluiting van pomp 1
2
(voor Y/D-uitvoering, gebruik X1, zie afb. 7)
Klemmen voor de aansluiting van pomp 2
3
(voor Y/D-uitvoering, gebruik X2, zie afb. 7)
4
Klemmen voor de thermische schakelaar, pomp 1
5
Klemmen voor de thermische schakelaar, pomp 2
6
Klemmen voor externe reset
7
Klemmen voor extern alarm
8
Klemmen voor algemene storing
9
Klemmen voor alarm "hoog water"
10
Klemmen voor storing, pomp 2
11
Klemmen voor storing, pomp 1
12
Klemmen voor bedrijf, pomp 2
13
Klemmen voor bedrijf, pomp 1
Klemmen voor niveauschakelaars
14
Klemmen voor extra alarm "hoog water" (binnen in de
tank)
15
Niet gebruikt
16
Servicekoppelstuk naar PC Tool
17
Niet gebruikt
18
Stuurstroomzekering
19
Piëzoresistieve druksensormodule
20
DIP-schakelaars
21
Connector voor batterij, 9 V (toebehoren)
Opmerking: Kabelaansluitingen voor pos. 8-15:
Gebruik een kabelbinder als de draden meer dan 20 mm uit
de kabelmantel steken.
Opmerkingen
230 V
230 V
Potentiaalvrije wisselcontacten NO/NC met
max. 250 V/2 A.
Let op: Sluit deze klemmen aan op netspan-
ning of lage spanning, maar haal deze twee
niet door elkaar.
Potentiaalvrije contacten NO
Potentiaalvrije contacten NO
Glaszekering: 100 mA / 20 mm x ∅5
Niet in gebruik voor deze toepassing
Uitsluitend niet-oplaadbare batterijen.
De regelaar is niet uitgerust met een oplader.
Klemaanduiding
PE, N, L3, L2, L1
PE, N, W1, V1, U1
PE, N, W2, V2, U2
T1, T2
T1, T2
11, 12
13, 14
X11
X10
X9
X8
X7
X6
81-88
81, 82
-
-
-
-
-
-
-
261