De in de gebruiksaanwijzing
toegepaste symbolen
In deze gebruiksaanwijzing
worden volgende symbolen
toegepast:
Gevaar
Men wordt attent gemaakt op het
met de beschreven werkzaamheid
samenhangende gevaar en op het
gevaar, wanneer de
personenbedreiging of mogelijke
materiële schaden dreigen.
Positiegegevens
Bij de positiegegevens (b.v.links,
rechts) gaat men altijd van de blik
vanaf het zitbankje in de
rijdenrichting.
Kabelaansluiting van de
batterij
Gevaar
Vergiftiging- of
brandwondgevaar door
accuzuur.
Veiligheidsbril en handschoenen
dragen. Het accuzuur mag niet in
het contact met de huid komen.
Indien het accuzuur in de ogen
komt of het gezicht bespat, moet
men zich onmiddellijk rijkelijk
met het water afwassen en
onmiddellijk de arts uitzoeken.
Indien met per vergissing het
accuzuur drinkt, veel water
drinken en onmiddellijk de arts
uitzoeken.De batterij buiten
bereik van de kinderen bewaren.
De batterij nooit omkippen, opdat
het zuur uit de batterij niet mag
uitvloeien.Het overbodige
accuzuur aan uw verkoper of op
een andere bepaalde
verzamelplaats afgeven.
Gevaar
Brand-, explosie- of
corrosiegevaar door
accuzuurwerking of door zijn
dampen.
Onmiddellijk alle delen van de
inrichting reinigen, die in contact
met het zuur zijn geraken. Het
accuzuur veroorzaakt corrosie.
Niet roken en brandende of hete
voorwerpen niet dichter brengen.
De batterij alleen maar in goed
geluchte en droge ruimten
bijladen.
Mogelijkheid van de
kortsluiting bij manipulaties
aan de batterij.
Op de batterij geen werktuigen of
andere metaalvoorwerpen leggen.
Bij het batterijinschakelen of
uitschakelen altijd de juiste
volgorde opvolgen.
Demonteren:
•
Eerst de zwarte kabel (-)
uitschakelen, dan de rode
kabel (+).
•
De batterij uit het toestel
uitnemen.
Monteren:
•
Eerst de rode kabel (+)
aansluiten, dan de zwarte
kabel (-).
Bij het afleveren van batterij „
zonder onderhoud / verzegeld „
(type 1)
(Batterij zonder stoppen-doppen)
Batterij heeft als vulsel (inhoud)
een batterijzuur en is door de
producent verzegeld.Indien u de
batterij na het datum bovenop de
batterij in bedrijf stelt, laadt u de
batterij tenminste een uur met het
vulapparaat onder 12V-
(6-10 Amp).
Bij het afleveren van de batterij
zonder elektrolyten vulling
(type 2)
(Batterij met stoppen – doppen)
• Haalt de doppen van de
batterijen af
• Iedere batterij met zuur vullen
zodanig, opdat het niveau van
het zuur 1 cm onder het vulgat
ligt.
• Laat de batterij 30 minuten
staan, opdat de lood
opgenomen wordt door de
elektrolyt.
• Controleert de zuurspiegel,
indien nodig vult het zuur bij.
• Voor het eerste gebruik laadt
de batterij gedurende 2–6 uren
met behulp van een
laadapparaat op. (max. oplaad
stroom12V- 6 A). Na het
opladen trekt eerst de stekker
van het laadapparaat uit het
net dan de klemmen op de
batterij. (Zie ook de
handleiding van het
oplaadapparatuur)
• Zet de stoppen (doppen) weer
op iedere batterij.
• Zet (monteert) de batterij op
het apparaat.
36
Nederlands
• De ventilatieslangen naar
beneden laten leiden.
• Eerst de rode (+) en dan de
zwarte (-) kabel verbinden.
• Bij ieder volgende vulling
alleen gedestilleerd water
gebruiken. ( Altijd om de twee
maanden controleren).
• Houdt de batterij in een
schone toestand.
Bedienings- en
indicatieelementen
Afbeelding 1
A.
Schakelaar van de
parkeerrem
B.
Schakelaar van de
afleidingsas
C.
Rempedaal
D.
Pedaal voor het achteruit
rijden
E.
Pedaal voor het vooruit
rijden
F.
Ontstekingschakelar /
lichtschakelaar
G.
Middelste hoogteïndicator
H.
Handel van de vrijloop
I.
Vulmond van de
transmissieolie
J.
Deksel van de houder
K.
Opening voor de kroes
L.
Handel van de hydraulische
opheffing
M.
Handel voor de
stuurwielinstelling
N.
Schakelaar van de
tempomat (handgas)
O.
Handel van de choke
P.
Gashandel
Q.
Handel voor de
zitbankjeinstelling (niet
afgebeeld)
R.
Pedaal voor de afsluiter van
het differentieel
S.
Paneel van de bedrijfs-
controlelichtjes
•
Om betere
aanschouwelijkheid zijn het
stuurwiel en het zitbankje niet
afgebeeld.