Installatie Van De Pomp; Monteren Van Motor En Pomp; Aansluiten Van Een Onderwaterkabel - Grundfos SP 55 Instrucciones De Instalación Y Funcionamiento

4.5.3 GRUNDFOS motor: ster/driehoek-aanloop
Hoe de GRUNDFOS onderwatermotoren gewikkeld voor ster/
driehoek-aanloop worden aangesloten, ziet u in onderstaande
tabel en afb. 9.
Aansluiting
U1
V1
W1
W2
U2
V2
PE
Controleer de draairichting zoals omschreven in paragraaf
4.5.1 Controleren van de draairichting.
L1 L2 L3
W2 U2 V2
U1 V1
3
Afb. 9
Is ster/driehoek-aanloop niet vereist maar kan met directe inscha-
keling worden volstaan, dan dient u de onderwatermotoren aan te
sluiten zoals weergegeven in afb. 10.
L1 L2 L3
W2 U2
U1 V1
M
3
Afb. 10
4.5.4 Aansluiten bij onbekende kabelmarkering/aansluiting
Als onbekend is hoe de afzonderlijke aders van de motorkabel op
het elektriciteitsnet aangesloten moeten worden voor de juiste
draairichting, gaat u als volgt te werk:
Motoren gewikkeld voor directe aanloop:
Sluit de pomp aan op het elektriciteitsnet.
Controleer vervolgens de draairichting zoals omschreven in para-
graaf 4.5.1 Controleren van de draairichting.
Motoren gewikkeld voor ster/driehoek-aanloop:
De wikkelingen van de motor zijn vast te stellen met behulp van
een ohmmeter en de aderparen zijn op basis daarvan te benoe-
men: U1-U2, V1-V2 en W1-W2 (zie afb. 11).
GRUNDFOS 6"-motoren
Bruin
Blauw
Zwart
Bruin
Blauw
Zwart
Geel/groen
PE
W1 PE
M
PE
V2
W1 PE
U1 U2
V1
Afb. 11
Indien ster/driehoek-aanloop is vereist, sluit dan de draden aan
zoals aangegeven in afb. 9.
Indien directe aanloop is vereist, sluit dan de draden aan zoals
aangegeven in afb. 10.
Controleer vervolgens de draairichting zoals omschreven in para-
graaf 4.5.1 Controleren van de draairichting.

5. Installatie van de pomp

Voordat u met werkzaamheden aan de pomp/motor
begint, dient u er zeker van te zijn dat de voedings-
spanning naar de pomp is afgeschakeld en niet per
ongeluk kan worden ingeschakeld.

5.1 Monteren van motor en pomp

De bouten en moeren waarmee de spanbanden aan de pomp
worden bevestigd, diagonaal aandraaien tot het in onderstaande
tabel aangegeven aanhaalmoment:
Aantal
Pomptype
waaiers
SP 55 / SP 90 10 tot 17
Voor de pomptypen SP 270, SP 300 en SP 360 bedraagt het aan-
haalmoment, van de bouten waarmee de tussenkamers zijn
samengebouwd, 60 Nm.
Vergewis u ervan dat het verbindingsstuk tussen pomp en motor
goed aansluit.
Draai de moeren bij het monteren van de motor en de pomp
diagonaal vast tot het in onderstaande tabel aangegeven aan-
haalmoment:
Pomp/Motor
Diameter tapeind
M8
M10
M12
M14
M16
M18
N.B.: Zorg ervoor dat de pompkamers na montage precies goed
zitten.

5.2 Aansluiten van een onderwaterkabel

Alvorens de onderwaterkabel op de motor aan te sluiten, dient u
ervoor te zorgen dat de kabelsok schoon en droog is.
Om het aansluiten van de kabel te vergemakkelijken kunt u de
rubber delen van de kabelplug insmeren met een niet-geleidende
siliconenpasta.
De schroeven waarmee de kabel wordt bevestigd aandraaien tot
het onderstaande aanhaalmoment:
MS 6000: 4,0 Nm.
MMS 6000: 10 Nm.
MMS 12000: 15 Nm.
V2
W1W2
Aanhaal-
Spanbanden
moment
Bout/moer
[Nm]
M20 180
Aanhaalmoment
[Nm]
18
35
60
95
145
200
77