Voorbereiding En Instelling Van De Osstell Isq; Batterijen; De Tijd Instellen; Teststift - Osstell ISQ Manual Del Usuario

Nederlands

Voorbereiding en instelling van de Osstell ISQ

Batterijen

De interne batterij is oplaadbaar en moet voor het eerste gebruik minimaal drie uur worden opgela-
den.

De tijd instellen

Voordat het instrument in gebruik wordt genomen, moeten de datum en tijd worden ingesteld op
de lokale tijdzone (zie "Instelstand/functies"). De datum en tijd worden opgeslagen bij elke implan-
taatmeting.

Teststift

De teststift die wordt meegeleverd bij de Osstell ISQ kan worden gebruikt voor tests en voor het
leren werken met het systeem. De teststift kan als volgt worden gebruikt: leg de teststift op een tafel
of houd hem in de hand. Schakel het instrument in en houd de meetsonde (zie afbeelding 2) nabij de
punt van de teststift, totdat het instrument een piepsignaal geeft en de ISQ-waarde wordt weergege-
ven. De sondepunt dient op de rood gemarkeerde stip op de teststift gericht te worden.
Let op: verwijder de SmartPeg niet van het blok!

Bediening van de Osstell ISQ

Bediening

Druk op een willekeurige toets om het instrument in te schakelen. Als u het instrument wilt uitscha-
kelen, opent u het instelmenu met de "centre"-toets en drukt u op de pijl-omhoog of omlaag tot de
melding "Power off" wordt weergegeven. Druk dan nogmaals op de centre-toets. In de meetmodus
wordt het instrument automatisch uitgeschakeld na een inactiviteit van 2 tot 30 minuten (instelbaar).
Druk op de linkerpijltoets om vanuit de menumodus naar de meetmodus terug te keren.
Het instrument moet worden gebruikt met de sonde aangesloten op het instrument via de kabel (af-
beelding 1). De sonde en de sondekabel mogen in een autoclaaf worden geplaatst.
Let op: draai de connector niet wanneer de sonde is aangesloten. Om deze van het instrument te
verwijderen, trekt u zachtjes terwijl u de connector vasthoudt.

De SmartPeg aansluiten

Ga voorzichtig om met de SmartPeg, want schade aan de SmartPeg kan van invloed zijn op de
meetresultaten. Sluit de SmartPeg-module aan op een SmartPeg (afbeelding 3). De SmartPeg is magne-
tisch en de module houdt de SmartPeg vast als deze naar het implantaat wordt gebracht. Schroef de
SmartPeg op het implantaat of de brug. Gebruik een draaimoment van ongeveer 4 tot 6 Ncm. Draai
hem niet te strak aan, anders kunt u de schroefdraad van de SmartPeg kapotmaken. De SmartPeg is
een wegwerpartikel en kan 10 à 20 keer worden gebruikt tijdens een sessie met één patiënt.
Opmerking: De SmartPeg is een apparaat voor eenmalig gebruik en mag niet worden hergebruikt
vanwege het risico van valse meetwaarden of zelfs helemaal geen meetwaarden. Door hergebruik kan
de SmartPeg ook kapot gaan, of de SmartPeg draden kunnen beschadigd worden.
Een meting uitvoeren
Bevestig een SmartPeg op het implantaat of abutment. Houd de meetsonde nabij de punt van de
SmartPeg, zonder deze echter aan te raken (afbeelding 2). Geen toetsen indrukken. Wanneer het in-
strument de SmartPeg opmerkt en de meting goed is, wordt er een hoorbaar geluidssignaal afgegeven.
63