6.3
REGELMATIGE CONTROLES, ONDERHOUD EN AFSTELLING
6.3.1 ACCU
Wanneer u de accu goed en regelmatig onderhoudt, zal deze langer meegaan. Controleer daarom regelmatig de conditie van de
accu in overeenstemming met de instructies in de handleiding van de fabrikant van de accu.
► Houd de polen van de accu schoon. Als er zich vuil op verzamelt, of geroest zijn, maak ze dan schoon volgens de aanbevelingen
van de fabrikant van de accu. Onderbreking van het circuit die wordt veroorzaakt door oxidatie van de contacten, kan ertoe leiden
dat de accu niet meer wordt opgeladen door de motor!
► Een lege accu moet zo snel mogelijk worden opgeladen, anders worden de cellen onherstelbaar beschadigd.
► De accu moet altijd worden opgeladen:
- voorafgaand aan de eerste ingebruikname
- wanneer u de accu lange tijd niet zult gebruiken
- voorafgaand aan het opstarten na een langere onderbreking
- in andere gevallen, gespecificeerd in de gebruikershandleiding van de accu die door de fabrikant is geleverd.
► Gebruik, als de accu moet worden vervangen, altijd een accu van hetzelfde formaat en type. Gebruik, voor maaiers met een
motor van tot 22 PK, accu's met een capaciteit van 24 Ah; gebruik voor maaiers van 23 PK en meer accu's met een capaciteit van
32 Ah.
Nadere bijzonderheden over het controleren en onderhouden van accu's vindt u in de aparte gebruikershandleiding die door de
fabrikant van de accu wordt geleverd.
6.3.2 MOTOR
OLIE VERVERSEN
Neem een lege container van tenminste 2 liter wanneer u olie gaat verversen. Om ervoor te
zorgen dat alle olie uit de motor stroomt, raden wij u aan iets (bijv. houten blokken) onder de kant
tegenover de aftapbout te plaatsen. Tap de olie af wanneer deze nog warm is.
► Schroef de vulopening van de olie los, zodat de olie beter en sneller uit het motorblok loopt.
► Klik de afvoerslang los uit de houder aan de zijkant van de motor en schroef de dop eruit.
► Kantel de slang naar een geschikte container en laat de olie volledig uit het carter lopen.
► Schroef de dop weer op de opening en klik de slang weer vast. Vul het motorblok met de
juiste hoeveelheid aanbevolen olie (
olievuldop.
► Controleer het oliepeil met behulp van de peilstok. Vul olie bij tot het juiste niveau, als dat nodig
is.
Nadere bijzonderheden over het verversen van olie en ook over het soort olie en de hoeveelheid, vindt u in de aparte
gebruikershandleiding die door de fabrikant van de motor wordt geleverd.
Wij adviseren u uw handen grondig te wassen met water en zeep als uw handen in contact zijn gekomen met gebruikte olie.
Verwerk de gebruikte olie in overeenstemming met de voorschriften van de milieuwetgeving. Lever de olie in een gesloten container
in bij een inzamelpunt voor gebruikte olie. U mag onder geen enkele omstandigheid de gebruikte olie wegdoen bij het huishoudelijk
afval of de gebruikte olie door de afvoer of op de grond gieten.
ONDERHOUD VAN HET LUCHTFILTER
Laat de motor nooit draaien zonder een luchtfilter. De motor zal dan snel slijten.
Onderhoud het luchtfilter volgens de instructies in de gebruikershandleiding van de motor die door de fabrikant is geleverd.
ONDERHOUD VAN DE BOUGIE
De motor kan alleen perfect lopen als de bougie op de juiste wijze is afgesteld en vrij is van verontreiniging.
Gebruik alleen de bougie die door de fabrikant van de motor wordt opgegeven!
Als u de motor kort voor de inspectie of vervanging van de bougie laat lopen, is de bougie heel erg heet. Wees dus voorzichtig en
verbrand u niet.
Gebruikershandleiding voor de motor) en sluit de
281