aan. Als de druk te laag is, wordt op het display knippe-
rend H2O weergegeven.
4.2.2 Zekering (T 2A/250V-Ø 5x20).
Deze zekering is aangebracht ter beveiliging van de mo-
torpomp en bevindt zich in de zekeringhouder CI op het
achterpaneel van het lasapparaat.
4.3 INBEDRIJFSTELLING.
Draai de dop CE los en vul het reservoir met koelvloei-
stof (bij levering is het apparaat met ongeveer één liter
vloeistof gevuld).
Controleer regelmatig via de sleuf CD of het vloeistofpeil
nog altijd op "max" staat.
WAARSCHUWING:
DIE
IN
DEZE
GECITEERD EN MET EEN NUMMER WORDEN
AANGEDUID,
KUNNEN
WORDEN IN DE BIJGEVOEGDE UITGAVE
MET ARTIKELCODE 3301039
5 BESCHRIJVING VAN DE FUNCTIES DIE OP HET DI-
SPLAY WEERGEGEVEN WORDEN
de softwareversie, de datum van de software-update, de
geïnstalleerde opties en het IP-adres.
Vervolgens wordt het hoofdscherm behorende bij de fa-
brieksinstelling weergegeven.
MIG-proces
De operator kan onmiddellijk met het lassen aanvangen
en de stroom regelen door aan de knop I te draaien.
Zoals in de afbeelding wordt weergegeven is het display
opgedeeld in diverse sectoren. In elke sector kunnen in-
stellingen worden verricht. De hoofdsector DB is de enige
sector met een rode rand. Selecteer en activeer de fun-
cties van deze sector door op de draaiknop I te drukken
en de te wijzigen functie te kiezen door aan de draaiknop
te draaien. De geselecteerde functies kleuren blauw. De
naam van de geselecteerde functie wordt links bovenaan
op het display weergegeven.
Ook het DA-lasproces wordt links bovenaan weergege-
ven tussen de sectoren DB en DN.
136
DE
AFBEELDINGEN
HANDLEIDING
WORDEN
GERAADPLEEGD
Bij de inscha-
keling wordt 5
seconden lang
op het display
alle informatie
van de machi-
ne weergege-
ven: het arti-
kelnummer, het
serienummer,
DB
DC
DE
Als de sector blauw weergegeven wordt, volstaat het dat
u op de draaiknop drukt. De sector kleurt rood en de met
de draaiknop I kunnen de parameters worden ingesteld.
De andere sectoren kunnen worden geselecteerd door er
met een vinger op te drukken.
SECTOR DC. KEUZE VAN HET LASPRO-
CES.
Selecteer de overeenkomstige sector met
een vinger.
Selecteer het proces met een vinger: MIG-proces
,
TIG
of MMA
Selecteer met de draaiknop een van de genoemde pro-
cestypen:
MIG Pulse, Pulse HD, Short, Short HD, Root en Ma-
nual.
TIG DC of DC APC.
MMA DC.
Het geselecteerde DA-lasproces wordt links bove-
naan weergegeven tussen de sectoren DB en DN.
SECTOR DE. KEUZE VAN DE STARTMODUS.
Selecteer de overeenkomstige sector met een vinger: 2T,
4T of 3L.
2T-modus
De machine begint te lassen zodra u op de knop van de
lastoorts drukt. Het lassen wordt onderbroken zodra u de
knop loslaat.
Met een druk op de draaiknop I wordt op het display de
mogelijk weergegeven om de draadsnelheid te regelen
met een schuif, zie afb. 04.
Samen met de 2T-modus kunnen de volgende parame-
ters worden gekozen:
HSA (Automatische hot start), CRA (Eindkrater vullen) en
Spot (Spotlassen).
De 3 parameters HSA, CRA en SPOT kunnen tegelijker-
tijd of elk afzonderlijk geactiveerd worden.
Door de parameter HSA te activeren kan de operator het
eerste stroomniveau instellen tussen 10 en 200% van
de lasstroom, zie afb. 05 - 06.
De operator kan de tijd van het eerste stroomniveau
instellen tussen 0,1 en 10 seconden, zie afb. 07 - 08.
De operator kan de tijd van de eerste stijging tussen
de startstroom en de lasstroom instellen tussen 0 en 10
seconden, zie afb. 09 - 10.
DG
DH
DF
.
zie Afb.03.
DN
DA
DM
DL
DI