7
Service en Onderhoud
Nr. Symptoom van storing
4
LED2 op FTC4 is uit.
<FTC4 gevoed door onafhankelijke bron>
(Zie <Afbeelding
1. FTC4 wordt niet voorzien van 220 to 240V
5.2.1>.)
wisselstroom.
2. Er zijn problemen met de methode van
aansluiting van de connectors.
3. FTC4-storing.
Wanneer LED1 op FTC4 brandt.
Onjuiste instelling van het adres van het
koelmiddel voor de buitenunit
(Geen van de adressen van het koelmiddel is
ingesteld op "0".)
5
LED2 op FTC4 is
Wanneer LED1 ook knippert op FTC4.
knippert.
Storing in de bedrading tussen FTC4 en buitenunit.
(Zie <Afbeelding
Wanneer LED1 op FTC4 brandt.
5.2.1>.)
1. Storing in de bedrading in Hoofdbediening
Meerdere binnenunits zijn op één enkele
buitenunit bedraad.
2. Kortsluiting in de bedrading in de
Hoofdbediening
3. Storing Hoofdbediening
6
LED4 op FTC4 is uit.
1. De SD-geheugenkaart is NIET in de juiste richting
(Zie Afbeelding 5.2.1>)
in de sleuf van de geheugenkaart geplaatst.
2. Niet een geheugenkaart die voldoet aan de
SD-standaard.
LED4 op FTC4 knip-
1. Vol gegevens
pert. (Zie Afbeelding
2. Tegen schrijven beveiligd.
<5.2.1>)
3. NIET geformatteerd.
4. Geformatteerd in een NTFS-bestandssysteem.
7
Geen water uit
1. Koudwatervoorziening uit.
warmwaterkraan.
2. Filter (ter plaatse aan te schaffen) verstopt.
8
Koud water uit de
1. Warm water is op
kraan.
2. Verbieden, Weekklok of Vakantieregeling geselecteerd.
3. Warmtepomp werkt niet.
4. Boosterverwarming beveiliging ingeschakeld.
5. De verliesstroomschakelaar voor de
onderbreker van de boosterverwarming
(ECB1) is in werking getreden.
6. De thermische beveiliging van de boosterverwarming
is in werking getreden en kan niet worden gereset
met de knop voor de manuele reset.
7. Beveiliging dompelweerstand in werking
getreden.
8. Onderbreker dompelweerstand (ECB2) is in
werking getreden.
9. Storing 3-weg ventiel
Mogelijke oorzaak
Uitleg - Oplossing
1. Controleer de spanning op de aansluitingen L en N op de aansluitklemmen van de
stroomvoorziening binnen. (Zie paragraaf 4.6.)
• Wanneer de spanning niet 220 tot 240V AC is, controleer dan dat de bedrading
naar de stroomvoorziening in orde is.
• Wanneer de spanning 220 tot 240V wisselstroom is, ga dan naar 2. hieronder.
2. Controleren dat de bedrading tussen de connectors in orde is.
• Wanneer de connectors niet goed zijn bedraad, voer de bedrading dan
opnieuw uit en raadpleeg daarbij het onderstaande. (Zie paragraaf 4.6 en een
bedradingsschema op de kap van de stuur- en schakelkast.)
L
N
Zwart
FTC4 gevoed
CN01
uit onafhankelijke
S1
Cilinder
bron
controlepaneel
S2
S3
• Als u geen problemen vindt met de bedrading, ga dan naar 3. hieronder.
3. Controleer het FTC4-controlepaneel.
• Controleerde zekering op het FTC4-controlepaneel.
• Controleer dat de bedrading in orde is.
• Vindt u geen problemen met de bedrading, is het FTC4-controlepaneel kapot.
Controleer opnieuw de instelling van het adres van het koelmiddel op de buitenunit.
Zet het adres van het koelmiddel op "0".
(Stel het adres van het koelmiddel in met SW1(3 - 6) op het buiten-regelcircuitpaneel.)
Controleer dat de bedrading tussen FTC4 en de buitenunit in orde is.
1. Controleer dat de bedrading in de Hoofdbediening in orde is.
Het aantal binnenunits dat op één enkele buitenunit kan worden bedraad is één.
Extra binnenunits moeten ieder afzonderlijk op een buitenunit worden bedraad.
2.,3. Verwijderde draden van de Hoofdbediening en controleer LED2 op FTC4. (Zie
Afbeelding 5.2.1.)
• Als LED2 knippert, controleer dan of er kortsluiting in de bedrading van de
Hoofdbediening is.
• Als LED2 is brand, bedraad de Hoofdbediening dan opnieuw en:
- als LED2 knippert, is de Hoofdbediening kapot;
- als LED2 brandt, is de storing in de bedrading van de Hoofdbediening verholpen.
1. Plaats de SD-geheugenkaart op juiste wijze tot u een klik hoort.
2. Gebruik een geheugenkaart die voldoet aan de SD-standaard. (Raadpleeg
paragraaf 5.5.)
1. Verplaats of wis gegevens of vervang de SD-geheugenkaart door een nieuwe.
2. Verzet de schakelaar voor de schrijfbeveiliging.
3. Raadpleeg "5.5 Een SD-geheugenkaart gebruiken".
4. FTC4 is Niet geschikt voor het NTFS-bestandssysteem. Gebruik een SD-
geheugenkaart die is geformatteerd in het FAT-bestandssysteem.
1. Controleer en open de stopkraan.
2. Isoleer watertoevoer en maak filter schoon.
1. Controleer dat de stand SWW is ingeschakeld en wacht tot de SWW-tank weer is opgewarmd.
2. Controleer de instellingen en wijzig ze als dat nodig is.
3. Controleer warmtepomp – raadpleeg de servicehandleiding van de buitenunit.
4. Controleer de thermostaat van de boosterverwarming druk op de resetknop, als
dat veilig kan.
De Resetknop bevindt zich aan de zijkant van de boosterverwarming, afgedekt
door een witte rubberen kap. Zoek de positie ervan op in het componenten
schema (paragraaf 3).
5. Controleer de oorzaak en reset, als dat veilig is.
6. Controleer de weerstand over de thermische beveiliging, en als deze open is, is
de aansluiting onderbroken en moet de boosterverwarming worden vervangen.
Neem contact op met uw Mitsubishi Electric-dealer.
7. Controleer de thermostaat van de dompelweerstand en druk, als dat veilig is,
op de resetknop, die zich bevindt op de naaf van de dompelweerstand. Als het
verwarmingstoestel is ingeschakeld zonder dat er water in zit, kan een storing zijn
opgetreden, dus vervang het toestel door een nieuwe.
8. Controleer de oorzaak en reset, als dat veilig is.
9. Controleer leidingen/bedrading naar 3-weg ventiel.
(i) Passeer handmatig het 3-weg ventiel met de Hoofdbediening. (Raadpleeg
<Manuele bediening> in paragraaf 5.6.) Als het ventiel dan nog niet werkt, ga
dan naar (ii) hieronder.
(ii) Vervang spoel van 3-weg ventiel. Als het ventiel dan nog niet werkt, ga dan
naar (iii) hieronder.
(iii) Vervang 3-weg ventiel. (Raadpleeg de servicehandleiding.)
52