NL
Snijwerk in- resp. uitschakelen
(afhankelijk van model)
Met de PTO-schakelaar wordt het maaimechanisme
via een elektromechanische koppeling in- en
uitgeschakeld.
Om het snijwerk in te schakelen, trekt u aan de
Î
PTO-schakelaar
.
Om het snijwerk uit te schakelen, drukt u op de
Î
PTO-schakelaar
.
Maaihoogte instellen A
Het snijwerk beschikt over een hoogteverstelling
met meerdere instelmogelijkheden.
Het bereik ligt tussen ca. 2,5 cm voor de laagste
maaihoogte (index 1 op de hoogteverstelknop [N])
en ca. 11,4 cm voor de hoogste maaihoogte (index
4,5).
Aanwijzing
Elke indexinstelling (max. 15 instelmoge-
lijkheden - afhankelijk van het model) zorgt
voor een verstelling van het snijwerk met ca.
6,4 mm.
Aanwijzing
Voor transport (rijden zonder maaien) moet
de maximale maaihoogte (index 4,5) worden
gebruikt.
Druk het pedaal [A] voor het snijwerhefmecha-
Î
nisme helemaal in om het snijwerk helemaal naar
boven te verplaatsen.
Draai de hoogteverstelknop [N] naar de gewenste
Î
maaihoogte (index 1 tot 4,5).
Neem langzaam de voet van het pedaal voor het
Î
snijwerhefmechanisme.
3 Het snijwerk zakt naar de vooraf ingestelde
hoogte en wordt in deze positie naar beneden
vergrendeld.
Maaien
VOORZICHTIG!
Weggeslingerde voorwerpen (maaigoed,
stenen etc.)
ÂVerwondingsgevaar
¾ Leeg de grasopvanger alleen bij
uitgeschakeld snijwerk.
¾ Gebruik het apparaat alleen met
aangebouwde uitwerpklep of
grasopvanger.
78
F
¾ Als een vreemd voorwerp, bijv. een steen)
door het snijwerk geraakt wordt of wanneer het
apparaat abnormaal begint te trillen, moet u de
motor onmiddellijk uitzetten.
¾ Controleer het apparaat op beschadiging voordat
u er verder mee werkt. Gebruik het apparaat bij
beschadiging niet verder en laat het vóór het
volgende gebruik door een gespecialiseerde
werkplaats herstellen.
¾ Schakel het snijwerk niet in hoog gras in.
Aanwijzing
Het apparaat staat achteruitrijden met
ingeschakeld snijwerk toe (achteruitmaaien).
Ga bijzonder voorzichtig te werk bij achter-
uitrijden met ingeschakeld snijwerk. Alleen
wanneer het absoluut noodzakelijk is, met
ingeschakeld snijwerk achteruitrijden.
Om het gazon optimaal te maaien, maait u de eerste
beide banen zo, dat het maaiafval zijdelings in het
midden valt.
Laat het gras nooit te lang doorgroeien en maai het
nooit te kort.
Rijd in rechte banen en maai niet met hoge snelheid,
vooral niet wanneer een mulch-kit of grasopvang is
geïnstalleerd.
Ga op de bestuurdersstoel zitten.
Î
Zet het snijwerk in de bovenste hoogtepositie.
Î
Motor zoals aangegeven starten.
Î
Zet de gashendel omhoog
Î
Schakel het snijwerk in en laat het zakken.
Î
Maak de vastzetrem los, door beide stuurhendels
Î
in de neutrale stand te bewegen.
Om te rijden, druk beide stuurhendels langzaam
Î
en gelijkmatig naar voren. Hoe verder de stuur-
hendels naar voren worden gedrukt, hoe sneller
de machine rijdt.
Aanwijzingen bij het maaien
Maai geen nat gras. Rijd langzaam bij maxi-
maal motortoerental. Let er bij het instellen
van de maaihoogte en rijsnelheid op, dat het
apparaat niet wordt overbelast. Pas de snij-
hoogte en de rijsnelheid aan, afhankelijk van
lengte, aard en vochtigheid van het maai-
goed, om met een grasopvanger storingvrij
te kunnen verzamelen.
Aanwijzingen bij het maaien
Verminder bij verstoppingen de rijsnelheid
en stel de maaihoogte hoger.
Let op!
.
Gebruik