7
Inbedrijfname
7.1
Personeelskwalificatie
7.2
Plichten van de gebruiker
7.3
Draairichtingscontrole
Fig. 11: Juiste draairichting
Inbouw- en bedieningsvoorschriften Wilo-EMU TR/TRE 50-2 ... 120-1
Inbedrijfname
WAARSCHUWING
Hand- en voetletsel als gevolg van ontbrekende beschermingsuitrusting!
Tijdens werkzaamheden bestaat risico op (ernstig) letsel. De volgende bescher-
mingsuitrusting moet worden gedragen:
• Veiligheidshandschoenen tegen snijwonden
• Veiligheidsschoenen
• Als hijsmiddelen worden toegepast, moet bovendien een veiligheidshelm wor-
den gedragen!
▪ Werkzaamheden aan de elektrische installatie: werkzaamheden aan de elektrische in-
stallatie moeten door een elektromonteur worden uitgevoerd.
▪ Bediening/besturing: Het bedienend personeel moet geïnstrueerd zijn over de werking
van de volledige installatie.
▪ Het ter beschikking stellen van de inbouw- en bedieningsvoorschriften bij het roerwerk
of op een daarvoor bestemde plek.
▪ Het ter beschikking stellen van de inbouw- en bedieningsvoorschriften in de taal van
het personeel.
▪ Het garanderen dat het volledige personeel de inbouw- en bedieningsvoorschriften
heeft gelezen en begrepen.
▪ Het garanderen dat alle veiligheidsvoorzieningen en nooduitschakelingen actief zijn en
gecontroleerd zijn op storingsvrije werking.
▪ Het roerwerk is geschikt voor toepassing in de opgegeven bedrijfsomstandigheden.
Het roerwerk is af fabriek gecontroleerd en ingesteld op de juiste draairichting voor een
rechtsdraaiend draaiveld. De aansluiting is gebeurd volgens de specificaties in het
hoofdstuk "Elektrische aansluiting".
Controle van de draairichting
‡
Er is een netaansluiting met rechtsdraaiend draaiveld beschikbaar.
‡
Het draaiveld is door een elektromonteur gecontroleerd.
‡
Er zijn geen personen in het werkgebied van het roerwerk aanwezig.
‡
Het roerwerk is stevig gemonteerd.
WAARSCHUWING! Houd het roerwerk niet met de hand vast! Door het hoge
aanloopmoment kan er ernstig letsel ontstaan!
‡
De propeller is zichtbaar.
1. Schakel het roerwerk in. Max. bedrijfsduur: 15 s!
2. Draairichting propeller:
Zicht vanaf de voorkant: De propeller draait met de wijzers van de klok mee
(rechtsom).
Zicht vanaf de achterkant: De propeller draait tegen de wijzers van de klok in
(linksom).
LET OP! Bij het roerwerktype TR 80-1 met stalen propeller is draairichting te-
genovergesteld! Het roerwerk draait vanaf de voorkant gezien tegen de klok in,
en vanaf de achterkant gezien met de klok mee.
▶ De draairichting is juist.
Onjuiste draairichting
Bij een onjuiste draairichting wijzigt u de aansluiting als volgt:
▪ Directe start: verwissel twee fases.
▪ Sterdriehoekstart: verwissel de aansluitingen van twee wikkelingen (bijv. U1/V1 en U2/
V2).
LET OP! Controleer de draairichting opnieuw nadat u de aansluiting hebt gewijzigd!
nl
265