telkens na het bereiken van de maxi-
maalwaarde de bewegingsrichting
omkeert.
Aanwijzing
- Een beschrijving van de parameters
vindt u in de hoofdstukken 5.3 en
5.5.
- U kunt de ingestelde parameters
met een druk op de desbetreffende
parameterknop op de display ge-
toond krijgen. Daarvoor moet u
echter wel eerst op de knop STOP
drukken en naar het desbetreffende
menuniveau omschakelen.
- Om te verhinderen dat de parame-
ters ongewild veranderd worden,
kunt u door het tegelijkertijd indruk-
ken van de knoppen + en – de
knoppen vergrendelen.
Om de vergrendeling op te heffen
drukt u nogmaals op beide knop-
pen.
- De gegevens op de patiëntenchip-
kaart worden met de functie
„Nieuwe patiënt" automatisch ge-
wist. Door het indrukken van de
knop STOP aan het eind van het
programmeren worden de instellin-
gen automatisch ook op de patiën-
tenchipkaart opgeslagen.
- Noodstopfunctie: Zodra er tijdens
de behandeling op een willekeurige
knop gedrukt wordt, schakelt de
ARTROMOT
®
-SP3 onmiddellijk uit.
In de synchroonmodus gaat de slede
door het indrukken van de knop
START automatisch eerst naar de
middenpositie tussen de ingestelde
waarden en stopt daar. De behan-
deling kan door het indrukken van
de knop START weer voortgezet
worden. In de asynchroonmodus
draait de slede de bewegingsrich-
ting om als u nogmaals op de knop
START drukt.
Patiënten met geprogrammeerde
chipkaart
- Voer eerst de mechanische instellingen
uit.
- Schuif hierna de chipkaart in de af-
standsbediening (de patiënt mag nog
niet op de bewegingslede geplaatst
zijn).
- Druk op de knop START: de bewe-
gingslede beweegt naar de middenpo-
sitie van de op de chipkaart
opgeslagen parameter en stopt.
- Plaats hierna de patiënt op de bewe-
gingslede en druk op START om met
de behandeling te beginnen.
5.2 Het programmeren
van de
ARTROMOT
Standaardversie
Het programmeren van de afzonderlijke
instellingen van de ARTROMOT
Standard doorloopt meerdere program-
meerniveaus.
U kunt tussen de afzonderlijke niveaus
wisselen door het opnieuw indrukken
van de MENU-knop.
Het gekozen niveau verschijnt steeds op
de display.
De volgende behandelwaarden,
instellingen en aanwijzingen kunnen
op de afstandsbediening (22) ingevoerd/
getoond worden:
Niveau 1
- dorsaalflexie
- plantairflexie
- inversie
- eversie
199
®
-SP3
®
-SP3
MENU