■ Snelheid
De snelheid is in stappen van 5%
instelbaar van 5 % tot 100 %.
Standaardinstelling: 50 %
■ Nieuwe patiënt
Als deze functie geactiveerd wordt,
beweegt de slede naar de beginposi-
tie. Activeer de functie en druk op
START. De beginpositie wordt aange-
nomen en aanwezige behandelpara-
meters worden gewist
Bij de ARTROMOT
tenchipkaart wordt de slede weer te-
ruggezet in de fabrieksinstelling. Alle
op de chipkaart opgeslagen waarden
worden gewist.
De slede stopt in de beginpositie,
dorsaalflexie/plantairflexie = 0° en in-
versie/eversie = 5°.
Met de functie „Nieuwe patiënt" (be-
ginpositie) worden de volgende instel-
lingen aangebracht:
- Dorsaalflexie:
- Plantairflexie:
- Inversie:
- Eversie:
- Pauze:
- Timer:
- Snelheid:
- Omdraaien van de
bewegingsrichting
Motor A:
- Omdraaien van de
bewegingsrichting
Motor B:
- Motor A:
- Motor B:
- Werking Synchroon: geactiveerd
- Totale behandeltijd: 0
- Speciale functie:
®
-SP3 met patiën-
20°
- 20°
- 5 °
15°
0
ononderbroken
werking
50 %
25
25
geactiveerd
geactiveerd
gedeactiveerd
202
NIVEAU 3
■ Omdraaien van de
bewegingsrichting Motor A
(veiligheidsschakeling)
In de synchroonmodus gaat het appa-
raat automatisch naar de middenpositie,
als de door de patiënt veroorzaakte weer-
stand het ingestelde niveau overschrijdt.
In de asynchroonmodus schakelt het
apparaat automatisch naar de tegenge-
stelde bewegingsrichting, als de door
de patiënt veroorzaakte weerstand het
ingestelde niveau overschrijdt.
In te stellen niveaus voor het omdraaien
van de bewegingsrichting: 1 - 25. Bij
niveau 1 kan een lichte weerstand al
zorgen dat de bewegingsrichting om-
gekeerd wordt, bij niveau 25 is een
grotere weerstand nodig.
Standaardinstelling: Niveau 25
■ Omdraaien van de
bewegingsrichting Motor B
(veiligheidsschakeling)
In de synchroonmodus gaat het appa-
raat automatisch naar de middenpositie,
als de door de patiënt veroorzaakte weer-
stand het ingestelde niveau overschrijdt.
In de asynchroonmodus schakelt het
apparaat automatisch om naar de te-
gengestelde bewegingsrichting, als de
door de patiënt veroorzaakte weer-
stand het ingestelde niveau overschrijdt.
In te stellen niveaus voor het omdraaien
van de bewegingsrichting: 1 - 25. Bij
niveau 1 kan een lichte weerstand al
zorgen dat de bewegingsrichting om-
gekeerd wordt, bij niveau 25 is een
grotere weerstand nodig.
Standaardinstelling: Niveau 25
Pas op
Gevaar voor de patiënt De omkering
van de bewegingsrichting is uitslui-
tend bedoeld als veiligheidsmaatre-
gel bij onder andere kramp, spasme
en gewrichtsblokkade. De fabrikant
neemt geen verantwoordelijkheid
voor eventueel misbruik.