■ Motor A aan/uit
De motoren kunnen apart aan- en uit-
schakeld worden om een volkomen
geïsoleerde beweging mogelijk te
maken. Motor A bedient de dorsaal-
flexie en plantairflexie, motor B be-
dient de eversie en inversie.
Voor een geïsoleerde eversie-/inver-
siebewegung programmeert u motor
A in de gewenste positie (dorsaal-
flexie/plantairflexie) en deactiveert u
hem aansluitend.
Het display toont in de normale
modus van de slede tijdens de be-
handeling het symbool voor de dor-
saal-/plantairbeweging
gedeactiveerd
.
Standaardinstelling: Motor A
geactiveerd
■ Motor B aan/uit
De motoren kunnen apart aan- en uit-
geschakeld worden om een volkomen
geïsoleerde beweging mogelijk te
maken. Motor A bedient de dorsaal-
flexie en plantairflexie, motor B be-
dient de eversie en inversie.
Voor een geïsoleerde dorsaalflexie-/
plantairflexiebeweging programmeert
u motor B in de gewenste positie (in-
versie/eversie) en deactiveert hem
aansluitend.
De display toont in de normale modus
van de slede tijdens de behandeling het
symbool voor de inversie-/eversiebe-
weging
als gedeactiveerd
Standaardinstelling: Motor B
geactiveerd
Aanwijzing
Zorg ervoor dat er altijd een motor (A
of B) aangezet is. Anders verschijnt
er op de display:
NIVEAU 4
■ Transportinstelling
Als deze functie geactiveerd wordt,
beweegt de slede in de optimale po-
sitie voor het verpakken van het ap-
paraat. Activeer de functie en druk op
START. Het apparaat zal de transport-
instelling aannemen. In het veld links
boven op de display verschijnt
(zie ook hoofdstuk 6 Transport)
■ Werkingsmodus synchroon/
asynchroon
als
De motoren A en B kunnen synchroon
of asynchroon ingeschakeld worden.
Synchroon:
Motor A en B voeren als volgt een ge-
synchroniseerde beweging volgens
het fysiologische bewegingspatroon
van het spronggewricht uit:
Vanuit de middenpositie gaat de slede
eerste naar de maximale eversie-
waarde. Dan gaat de slede naar de
maximale inversiewaarde en tegelij-
kertijd naar de maximale waarde voor
de plantairflexie en aansluitend naar
de maximale hoek voor de dorsaal-
flexie en de middenwaarde tussen in-
versie en eversie. Na het bereiken van
deze positie begint de bewegingscyc-
lus weer opnieuw naar de maximale
eversiewaarde samen met de mid-
denwaarde tussen dorsaalflexie en
plantairflexie.
.
In de modus wordt de synchrone wer-
king in het veld links boven door het
symbool
Asynchroon:
Beide motoren lopen onafhankelijk
van elkaar steeds in de ingestelde be-
wegingsuitslag.
Om de asynchrone modus te kiezen,
moet u de synchrone modus deacti-
veren.
In de modus wordt de asynchrone
werking in het veld links boven door
het symbool
Standaardinstelling: Synchroon
geactiveerd
203
getoond.
getoond.