5.1
ONDERDELEN VOOR DE MONTAGE
De verpakking bevat de onderdelen voor de
montage die in de volgende tabel vermeld zijn:
Beschrijving
1
Stuur
2
Deksel van het instrumentenpaneel en van
de onderdelen voor montage van het stuur
3
Bestuurdersstoel
4
Acculader
5
Buffer vooraan
6
Antiscalp wielen
7
Zak met de relatieve schroeven voor de
montage en de relatieve instructies (enkel
voor modellen met opvang achteraan)
8
Onderste deel van de achterplaat, de hou-
ders van de zak en de relatieve accessoires
voor de vervollediging en de montage (enkel
voor modellen met opvang achteraan)
9
Zijdelingse aflaatdeflector (enkel voor model-
len met zijdelingse aflaat)
10
Zijdelingse versterkingen van de
maaigroep (enkel voor modellen met
zijdelingse aflaat, indien voorzien).
11
Enveloppe met:
- de verschillende gebruikershandleidingen en
de documenten,
- schroeven voor montage van de stoel
- kit voor montage van de zijdelingse aflaatde-
flector (enkel voor modellen met zijdelingse
aflaat)
- 2 contactsleutels
12
Kit telefoonhouder (indien voorzien)
5.1.1
Uitpakken
1. Open de verpakking voorzichtig, let
erop geen onderdelen te verliezen.
2. Raadpleeg de documentatie in de doos,
inclusief deze gebruiksaanwijzingen.
3. Haal alle onderdelen die niet
gemonteerd zijn uit de doos.
4. Haal de machine uit de verpakking, met
de volgende voorzorgsmaatregelen:
• breng de maaigroep op de maximale hoogte
(par. 6.4) om deze niet te beschadigen wanneer
de machine van het basispallet gehaald wordt;
• plaats de hendel voor de ontgrendeling
van de achterste transmissie in de
ontgrendelde positie (par. 6.3);
• Haal de machine van het basispallet.
5.2
MONTAGE VAN HET STUURWIEL
1. Plaats de machine op een vlakke ondergrond en
zorg er voor dat de voorwielen uitgelijnd zijn.
2. Monteer de naaf (Afb. 3.A) op de as (Afb. 3.B)
en zorg ervoor dat de pen (Afb. 3.C)
correct in de naafzitting is geplaatst.
3. Breng de bedekking van het dashboard
(afb. 3.D) aan door de vijf haken in de
respectievelijke zittingen te klemmen.
4. Monteer het stuur (Afb. 3.E) op de naaf (Afb. 3.A)
zodanig dat de spaken naar de stoel zijn gericht.
5a. Enkel voor stuur type "I" - Plaat de afstandsbus
(afb. 3.F) en bevestig het stuur met de bijgeleverde
schroeven (afb. 3.G), in de aangeduide sequentie.
5b. Enkel voor stuur type "II" - Bevestig
het stuur met de bijgeleverde schroeven
(afb. 3.F, 3.G), in de aangeduide sequentie.
6a. Enkel voor stuur type "I" - Breng de
stuurbedekking (afb. 3.H) aan en klem
ze in de respectievelijke zitting.
6b. Enkel voor stuur type "II" - Breng de
telefoonhouder (afb. 3.H) aan en klem
hem in de respectievelijke zitting.
5.3
MONTAGE VAN DE STOEL
Monteer de stoel (afb. 4.A) op de plaat (afb. 4.B) met
behulp van de schroeven (afb. 4.C).
5.4
MONTAGE VAN DE VOORBUMPER
1a. Enkel voor bumpers type "I" - Monteer
de voorbumper (afb. 5.A) op het onderste
deel van het chassis (afb. 5.B) met behulp
van de vier schroeven (afb. 5.C).
1b. Enkel voor bumpers type "II"
1. Monteer de twee houders (afb. 5.A) en
(afb. 5.B) op het onderste deel van het
chassis (afb. 5.C) door de montagezin
te respecteren die is aangeduid op de
afbeelding: R= rechts; L= links.
2. draai de schroeven helemaal vast (afb. 5.D).
3. Bevestig de voorbumper (afb. 5.E) op
de houders (afb. 5.A) en (afb. 5.B) met
behulp van de schroeven (afb. 5.F)
en de moeren (afb. 5.G).
5.5
MONTAGE VAN DE ZIJDELINGSE
AFLAATDEFLECTOR (ENKEL VOOR
MODELLEN MET ZIJDELINGSE AFLAAT)
1. Monteer de veer (afb. 6.B) aan de binnenkant
van de zijdelingse aflaatdeflector (afb. 6.A),
door het uiteinde (afb. 6.B.1) in de opening
te voeren en te draaien zodat zowel de veer
(afb. 6.B) als het uiteinde (afb. 6.B.2) goed
in hun respectieve zittingen rusten.
NL - 10