rainbow® RAS-45 Inf/Neo
Akoestische ademhalingssensor voor baby's en pasgeborenen
Niet hergebruiken
Voordat u deze sensor gebruikt, moet u de gebruikershandleiding bij het apparaat of monitor, en deze gebruiksaanwijzing eerst lezen
en begrijpen.
INDICATIES
De Masimo® akoestische ademhalingssensor RAS-45 Inf/Neo is bedoeld voor een continue, niet-invasieve bewaking van
ademhalingsfrequentie (RRa®). De Masimo akoestische ademhalingssensor RAS-45 Inf/Neo is bedoeld voor gebruik bij baby's
en pasgeborenen, in ziekenhuizen, medische instellingen, thuis en vervoer binnen zorginstellingen.
De rainbow Acoustic Monitoring®-sensoren zijn niet bedoeld voor apnoebewaking.
CONTRA-INDICATIES
De Masimo akoestische ademhalingssensor RAS-45 Inf/Neo is niet bedoeld voor patiënten die allergisch zijn voor schuimrubberproducten
en/of plakband.
BESCHRIJVING
De RAS-45 Inf/Neo-sensor is uitsluitend bestemd voor gebruik met apparaten met Masimo rainbow SET®-technologie.
RAS-45 Inf/Neo-sensoren zijn compatibel met Masimo rainbow-technologie V7.14.9.4 en hoger.
WAARSCHUWINGEN, LET OP-MELDINGEN EN OPMERKINGEN
•
Raadpleeg altijd de gebruikershandleiding voor de aangesloten monitor samen met deze gebruiksaanwijzing voor de
volledige instructies.
•
Bij bewaking van akoestische ademhaling (RRa) is de bewaking van zuurstofverzadiging (functionele zuurstofverzadiging
van arteriële hemoglobine, SpO
•
Alle sensoren en kabels zijn bestemd voor gebruik met specifieke monitoren. Controleer vóór gebruik de compatibiliteit
van de monitor, de kabel en de sensor, omdat incompatibiliteit tot slechte prestaties en/of letsel bij de patiënt kan leiden.
•
Gebruik geen sensoren die beschadigd of verkleurd lijken, omdat deze tot slechte prestaties en/of letsel bij de patiënt
kunnen leiden.
•
Gebruik geen sensoren tijdens het scannen met MRI (beeldvorming met magnetische kernspinresonantie) of in een ruimte
waar een MRI-scanner staat.
•
Breng de patiëntenkabels voorzichtig aan om te voorkomen dat de patiënt verstrikt of beklemd raakt.
•
Bedek de sensor niet en gebruik ook geen extra kleefmiddelen, aangezien dat kan leiden tot onjuiste metingen of niet
kunnen meten.
•
Bevestig de sensor niet op een plaats waar die de neus of mond van de patiënt bedekt.
•
Zorg ervoor dat sensoren tijdens gebruik niet aan vloeistoffen worden blootgesteld, om mogelijk letsel van de patiënt te
voorkomen.
•
Gebruik geen tape om de sensor op de locatie te bevestigen; dit kan onjuiste afleeswaarden veroorzaken. Het gebruik van
extra kleefband kan huidbeschadiging en/of druknecrose veroorzaken of de sensor beschadigen.
•
Gebruik alleen de plakstrook op de sensor om die op de patiënt te bevestigen. Overmatige druk kan huidletsel of ongemak
bij de patiënt veroorzaken.
•
Controleer de sensorlocatie (elke 8 uur) om er zeker van te zijn dat de huid gaaf is en er geen schade of irritatie op de huid
is ontstaan.
•
De locatie moet frequent of conform het klinisch protocol worden gecontroleerd. Let hierbij op een goede bloedsomloop,
een goede huidconditie en een goede uitlijning.
•
Controleer regelmatig of de sensor goed blijft plakken om de kans op een onjuiste meting of niet kunnen meten te voorkomen.
•
Controleer of de plakker de kabel niet strak trekt, om te voorkomen dat de sensor per ongeluk losraakt als de patiënt zich
beweegt.
•
De plakker moet direct op de huid van de patiënt worden aangebracht om juiste metingen te kunnen garanderen.
•
Bevestig/plaats de sensor op de juiste manier. Onjuiste bevestiging of plaatsing kan leiden tot onjuiste metingen of niet
kunnen meten.
•
Controleer of de kabel niet strak trekt om te voorkomen dat de sensor per ongeluk losraakt als de patiënt zich beweegt.
•
Breng de sensor niet aan op patiënten die zich in een ruimte met excessief omgevingsgeluid bevinden. Dat kan leiden tot
onjuiste metingen of niet kunnen meten.
•
Sluit de sensor of de oximetermodule goed op de kabel aan, om fluctuerende meetwaarden, onnauwkeurige resultaten of
het uitblijven van een meting te voorkomen.
•
Week of dompel de sensor niet in vloeistoffen, om beschadiging te voorkomen. Probeer de sensor niet te steriliseren.
G E B R U I K S A A N W I J Z I N G
Bij de productie is geen natuurrubber gebruikt
LATEX
PCX-2108A
02/13
) vereist.
2
27
nl
+70 C
-40 C
+1060 hPa - +500 h
795 mmHg - 375 mmHg
Niet-steriel
NON
STERILE
5%-95% RH
LATEX
95%
%
5%
10075G-eIFU-0321