Controleer de bandenspanning
LET OP: Voorkom ongelukken!
Ondeskundig onderhoud kan
leiden tot het met kracht
losschieten van delen van
de band en de rand:
•
Probeer geen band te
monteren zonder dat u
beschikt over het juiste
gereedschap en de daarvoor
noodzakelijke ervaring.
•
Pomp banden niet verder op
dan tot de aangegeven
bandenspanning.
•
Voer geen laswerkzaamheden
uit aan een wiel waarop een
band is gemonteerd en verhit
dit evenmin. Hitte kan een
verhoging van de luchtdruk tot
gevolg hebben die een
explosie kan veroorzaken. Als
u laswerkzaamheden aan een
wiel uitvoert, kan dat het wiel
structureel verzwakken of
vervormen.
•
Houd afstand van een op een
wiel gemonteerde band tijdens
het oppompen. Gebruik een
nippel die u vast kunt zetten
en een (verlengde)
pompslang die zo lang is dat
u afstand kunt houden.
Zie SPECIFICATIES op bladzijde 35.
Zet het maaiplatform waterpas
Zie MAAIPLATFORM WATERPAS EN
ONDER DE JUISTE HOEK ZETTEN
op bladzijde 24.
Brandstofpeil
Vul de brandstoftank. VUL DE BRANDSTOF
NIET TE HOOG BIJ! Raadpleeg
Brandstofpeil op pagina 13.
Controleer het
veiligheidsvergrendelingssysteem
WAARSCHUWING: Defecten
van het veiligheidsvergrendelings-
systeem en onjuist gebruik van
de machine kunnen ernstig of
dodelijk letsel veroorzaken.
Controleer het systeem voor elk
gebruik om er zeker van te zijn dat
het naar behoren functioneert.
Zie Het veiligheidsvergrendelingssysteem
op bladzijde 15.
Controleer de werking van alle
bedieningsorganen
Zie BEDIENING op bladzijde 15.
NL - 13