Voedingsspanning
Unit/
VAC
module
1 x 100-240 VAC ± 10%,
CU 362
50/60 Hz, PE
(Klasse 1 apparatuur)
1 x 100-240 VAC ± 10%,
IO 351B
50/60 Hz, PE
(Klasse 1 apparatuur)
IO 113
24 VAC ± 10 %, 50 en 60 Hz
Gerelateerde informatie
4.4.1 Twee pompen met analoge niveausensor en
veiligheidsvlotterschakelaars
4.4.2 Twee pompen met vijf vlotterschakelaars
4.3 EMC en aarding
Als er een risico is op elektrische ruis, dan moeten de CU 362 en
de modules in de besturingskast geaard zijn. Dit wordt bereikt met
schroeven op een metalen achterplaat die is geaard met de best
mogelijke aardverbinding. Dit moet worden gedaan vanwege
persoonlijke veiligheid en als bescherming tegen ongewenste
elektrische ruis.
Signaalkabels moeten op de juiste wijze worden geaard. De
optimale oplossing is om een klem te bevestigen aan de elektrisch
geleidende achterplaat zodat deze over de kabel ligt en in contact
komt met de kabelafscherming.
VOORZICHTIG
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Elke pomp moet worden aangesloten op een
afzonderlijke motorbeveiliger of vergelijkbare
beveiliging.
VDC
Batterij +12 VDC
-
24 VDC ± 10%
325