Voorbeeld
1. Kies het type ingangsignaal, bijv. 4-20 mA.
2. Selecteer de ingangswaarde, bijv. " Niveau, druk ".
3. Stel het meetbereik van de sensor in (minimale en maximale
begrenzingen), bijv. 0,0 tot 5,0 m.
Als een analoge ingang is uitgeschakeld, zal het display
alleen het bovenste gedeelte weergeven, namelijk de
ingangsinstelling.
Als de ingang is ingeschakeld, wordt " Gemeten ingangswaarde"
getoond. Een functie kan worden gekoppeld aan een analoge
ingang in een ander display. De CU 362 keert terug naar het display
voor de instelling van de analoge ingang.
Path:Instellingen > I/O instellingen > Analoge ingangen >
Analoge ingangen >
Analoge ingangen
Analoge ingangen, ingangswaarde
De ingangswaarde voor de geselecteerde analoge ingang wordt
ingesteld in dit display.
Path:Instellingen > I/O instellingen > Analoge ingangen >
Analoge ingangen > Analoge ingangen en gemeten waarden >
340
Analoge ingangen en gemeten waarden
6.4.2 Digitale ingangen
De in te stellen digitale ingang wordt geselecteerd in dit display.
Standaard zijn er 12 digitale ingangen. Het display toont elke
ingang zodat diens fysieke locatie snel kan worden geïdentificeerd.
Voorbeeld
De digitale ingang DI2 op de IO 351B (op klem 12) is gekoppeld
aan de functie " Terugm.motorsch., pomp 1 " en het type
schakelaar is normaal open.
DI1 (CU 362) [10] en DI2 (IO351B-41) [12] .
Besturingseenheid/
Ingang
module
DI1
CU 362
DI2
IO 351B
Path:Instellingen > I/O instellingen > Digitale ingangen >
Digitale ingangen
Digitale ingangen en functies
De signaalinganglogica en de digitale ingangsfunctie worden
ingesteld in dit display.
Klem
10
12