110
NL
is. Als u regelmatig onderhoud aan de heggenschaar pleegt zal
de werking van ervan veilig blijven en zal het prestatieniveau
be waard blijven.
2) Zet de machine niet met benzine in het reservoir in een ruimte
waar de benzinedampen met vlammen, vonken of een warmtebron
in aanraking zouden kunnen ko m en.
3) Laat de motor eerst afkoelen vóór het opbergen van de machine
in elke willekeurige ruimte.
4) Om het risico voor brand te beperken, worden de mo t or, de ge-
luidsdemper van de uitlaat en de opslagzone van de benzine vrij
gehouden van zaagsel, takjes, bladeren of overtollig vet; laat geen
recipiënten met snijafval in de ruimte achter.
5) Als u het reservoir moet ledigen, dient u dit in de o p en lucht te
doen en wanneer de motor koud is.
6) Draai werkhandschoenen voor elke ingreep aan de snij-
inrichting.
7) Zorg ervoor dat de ketting altijd scherp is. Alle handelingen
die betrekking hebben op de ketting en het blad vergen een speci-
fieke vaardigheid, naast het ge b ruik van speciaal gereedschap om
deze handelingen volgens de regels van de kunst uit te voeren; uit
veiligheidsoverwegingen, neemt u altijd het best contact op met
uw Verkoper.
8) Gebruik de machine, uit veiligheidsoverwegingen, nooit met
onderdelen die versleten of beschadigd zijn. De beschadigde
onderdelen moeten vernieuwd en niet gerepareerd worden.
Gebruik uitsluitend originele reserveonderdelen. Onderdelen
van een andere kwaliteit kunnen de machine beschadigen en kunnen
gevaarlijk zijn voor de gebruiker.
9) Vooraleer de machine op te bergen, de sleutels of het gereed-
schap gebruikt voor het onderhoud wegnemen.
10) Bewaar de machine buiten het bereik van kinderen!
E) TRANSPORT EN VERPLAATSING
1) Telkens wanneer de machine verplaatst of vervoerd moet worden,
is het noodzakelijk:
– d e motor uit te schakelen, te wachten tot de ketting tot stilstand
gekomen is en de bougiekap los te koppelen;
– de bladbescherming aan te brengen;
– de machine alleen vast te nemen aan de handgrepen en het blad in
de richting tegenover de loop- of rijrichting te houden.
2) Wanneer de machine vervoerd wordt met een voertuig, moet het
op dusdanige wijze geplaatst worden dat er voor niemand gevaar
ontstaat en stevig geblokkeerd worden om te voorkomen dat de
machine omvalt en beschadigd wordt of dat brandstof lekt.
F) RESTRISICO'S
• Blijf met al uw lichaamsdelen uit de buurt van de zaagketting
terwijl de kettingzaag in werking is. Voor de kettingzaag te
starten, controleren of de zaagketting nergens mee in aanraking
komt. Als u even niet oplet terwijl u de kettingzaag gebruikt, kan uw
kleding of lichaam in de zaagketting verstrikt raken.
• Bij werken met twee handen, moet uw rechter hand steeds
de achterste handgreep vastnemen en met uw linkerhand de
voorste handgreep. Nooit de kettingzaag andersom vastpakken
omdat dan het risico op persoonlijk letsel toeneemt.
• Draag een veiligheidsbril en oorbeschermingen. Verder
wordt een beschermhelm aanbevolen en berschermschoe-
nen en -handschoenen. Door het dragen van geschikte be-
schermkleding verlaagt u de kans op verwondingen die veroor-
zaakt kunnen worden door wegspringend houtafval of het per
ongeluk in aanraking komen met de zaagketting.
• Als u een onder spanning staande tak afzaagt, moet u op
het risico van eventuele terugslag letten. Als de spanning
van de houtvezels vrijkomt, kan de onder spanning staande tak
de bediener een tik geven en/of kan hij de controle over de ket-
tingzaag verliezen.
• Wees uiterst voorzichtig als u struiken en jonge boompjes
afzaagt. Dun materiaal kan in de zaagketting verstrikt raken waar-
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
door het in uw richting kan wegspringen en/of u uw evenwicht
kunt verliezen.
• Draag de kettingzaag aan de voorste handgreep als hij uitge-
schakeld is en van uw lichaam af gekeerd. Als de kettingzaag
vervoerd of opgeborgen wordt moet altijd de bladbescher-
ming aangebracht worden. Door correct met de kettingzaag om
te gaan verkleint u de kans op het per ongeluk in aanraking komen
met de bewegende zaagketting.
• Houd u aan de aanwijzingen voor het smeren, het spannen
van de ketting en het verwisselen van accessoires. Een ver-
keerd gespannen of gesmeerde ketting kan breken en verhoogt
de kans op terugslag.
• Houd de handgrepen droog, schoon en vrij van olie en vet.
Een vette handgreep is glad en hierdoor kunt u de controle over
de kettingzaag verliezen.
• De aanschakelinrichting van deze machine genereert een
elektromagnetisch veld van beperkte omvang, tot echter de
mogelijkheid op interferentie met de werking van actieve of pas-
sieve medische inrichtingen die op de bediener aangebracht zijn,
niet kan uitsluiten, met als gevolg mogelijke ernstige risico's voor
zijn veiligheid. Men raadt daarom aan dat te dragers van derge-
lijke medische apparaten de geneesheer of de fabrikant van deze
apparaten zelf raadplegen, vooraleer de machine te gebruiken.
G) OORZAKEN VAN TERUGSLAG EN
VOORZORGSMAATREGELEN VOOR DE GEBRUIKER:
Let goed op bij situaties waar men kan uitschuiven (nat terrein of
sneeuw) en op oneven of door vegetatie bedekte terreinen. Let op
voor verborgen hindernissen, zoals afgesneden tronken, wortels,
stenen, putten en grachten, om te vermijden te struikelen. Wees zeer
voorzichtig wanneer u op hellingen of onregelmatige terreinen werkt.
Gebruik de motorzaag nooit met een enkele hand. Indien men slechts
een hand gebruikt, is het moeilijker de terugslag te controleren en te
verhinderen dat de staaf of de ketting wegslipt of wegspringt op een
tak of een tronk.
Terugslag ontstaat als de punt of het uiteinde van het zaagblad een
voorwerp raakt of het hout de kettingzaag in de snede vastklemt.
Door de aanraking van de punt kan, in sommige gevallen, een omge-
keerde reactie plaatsvinden waarbij het zaagblad omhoog en achter-
uit naar de bediener toe springt.
Het beknellen van de zaagketting aan de bovenkant van het zaag-
blad kan de zaagketting snel naar achteren naar de bediener toe
werpen.
Door één van deze twee reacties kunt u de controle over de zaag
verliezen, met mogelijk ernstige verwondingen tot gevolg. U kunt
niet uitsluitend op de in de zaag ingebouwde veiligheidsinrichtingen
vertrouwen.
De gebruiker van een kettingzaag moet verschillende maatrege-
len treffen om het risico op ongelukken of verwonding tijdens de
zaagwerkzaamheden op te heffen. Terugslag is het gevolg van een
slecht gebruik van het gereedschap en/of onjuiste procedures of ge-
bruiksomstandigheden en kan vermeden worden door de volgende
voorzorgsmaatregelen te treffen.
• Houd de zaag stevig vast, met de duimen en vingers om de
handgrepen van de kettingzaag gesloten en houd uw lichaam
en armen in een positie waarin u tegenstand kunt bieden
tegen terugslag. Terugslag kan door de bediener opgevangen
worden als hij de nodige voorzorgsmaatregelen getroffen heeft.
Laat de kettingzaag niet los.
• Reik niet te ver en zaag niet boven schouderhoogte. Dit draagt
bij te vermijden dat de punt van het zaagblad per ongeluk iets raakt
en tot een betere controle over de kettingzaag in onverwachte
situaties.
• Gebruik alleen de door de fabrikant gespecificeerde zaagbla-
den en -kettingen. Ongeschikte zaagbladen en -kettingen kun n en
ervoor zorgen dat de ketting breekt en/of terugslag veroorzaken.
• Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant voor wat be-
treft het slijpen en onderhoud van de kettingzaag. Door een
kleinere zaagdiepte neemt het risico op terugslag toe.