@
Het vervangen
van de riernen
De boorriemen en aandrijfriemen zijn niet afstelbaar. Als de riemen zijn bes-
chadigd of tekenen van slijtage beginnen te vertonen, dienen ze vervangen
te worden.
Het wordt aanbevolen
de riem(en) door een gekwalificeerde
reparateur te laten vervangen.
NoBo:Wij raden u aan zowel de boorriemen als de aandrijfriemen tegetijkertijd
te vervangen.
De V-riemen op uw sneeuwruimer
zijn speciaal geconstrueerd
en moeten
vervangen worden door riemen van de oorspronketijke
fabrikant (original
equipment
manufacturer
- OEM), die bij uw dealer verkrijgbaar
zijn. Het
gebruik van andere dan OEM-riemen
kan persoonlijke
verwondingen
of
schade aan de sneeuwruimer
veroorzaken.
&
WAARSCHUWING:
Het vervangen van de riemen vereist scheiding
van de sneeuwruimer.
Tijdens het scheiden van de boormantel
(1)
en het framestel
(2) is het van belang dat een assistent
u helpt door
in de besturingspositie
te gaan staan en de hendels van de sneeu=
wruimer (3) vasthoudt.
Ernstige persoonlijke verwondingen
en/of
schade aan het toestel
kunnen
voorkomen
als de sneeuwruimer
zou vallen tijdens het verwisselen
van de riernen.
1.
HAAL DE BENZINE UIT DE BRANDSTOFTANK
- Tap de benzine uit
de brandstoftank
af en vang hem in een daarvoor geschikt reservoir op
en houd uit de buurt van vuur of vlammen. Veeg gemorste benzine af.
2.
HAAL DE AFVOERTRECHTER
LOS - Draai de sluitmoer die de draaikop
van de afvoertrechter aan de bevestigingsbeugel
bevestigt los, zodat de
draaikop opgetild kan worden en de afvoertrechter van de sneeuwruimer
gehaald kan worden.
3.
HET VERWIJDEREN
VAN DE RIEMHULS - Zie "HET VERWIJDEREN
VAN RIEMHULS" in dit gedeette van deze handleiding.
4.
HET VERWIJDEREN
VAN DE MOTORRIEMSCHIJF
(A) - Verwijder
riem (B), afsluitborgschijfje
(O) en ptat borgschijfje (D) die de riemschijf
aan de stingeras van de motor bevestigen. Verwijder de buitenste (boor)
riemschijf (A) alleen van de stingeras.
5.
SCHEID DE SNEEUWRUIMER
- Verwijder, met uw assistent aan de
hendets, de twee riemen (F) die de boormantet
(1) en het frame (2)
samenhouden.
WAARSCNUWING"
AIs de laatste riem is
dient
verwijderd,
uw
as-
sistent voorzichtig
de hendels
naar de grond te laten zakken,
6.
VERWIJDER
HAARSPELD
UIT DE STAAF VAN DE KOPPELING en verwijder koppetingsstaaf
uit voorwaartse
de schommeling-
sptaat van het Uiteinde van de schommetingsptaat.
7.
VERWIJDER
DE BOORRIEM (H) van de riemschijf (E).
8.
VERMINDER
DE SPANNING OP AANDRIJFLEIROL
(J) en verwijder de aandrijfriem (K) van de riemschijven.
TIP: Voeg een 3/8" aandrijfpal (in "ON") in het vierkante gat in de leirolarm (J) en draai pal met de klok mee om de spanning te vermin-
deren.
9.
AIs de spanning van de arm af is, instatleer dan een nieuwe aandrijfriem om de riemschijf en in de riemhouders
(L).
10. Instatleer koppetingsstaaf
in schommetingsplaat;
beveitig met haarspeld.
11. Plaats de boorriem (H) alleen rond en in de gteuf van de boorriemschijf
(E).
12. Als uw assistent langzaam de hendels optilt om de boormantel en het framestel weer samen te voegen, trek dan de boorriem op
en druk de zijkanten boven de riemschijf zodat de riem volledig in de gleuf van de riemschijf (E) zit.
13. Verplaats de vrijlooparm zodanig dat hij de waaierpoelie niet raakt als u de sneeuwblazer
volledig in elkaar zet en controleer zorg-
vutdig of de riemen hun juiste baan volgen. Als de boorriem van de riemschijf heeft losgelaten (en op de console van de leirotarm
(M) terecht is gekomen tijdens het in elkaar zetten van de sneeuwruimer),
maak dan de sneeuwruimer
weer open en herhaal stap
12. De riem moet volledig in de riemschijfgleuf zitten als de sneeuwruimer
weer in etkaar gezet wordt.
14. Zet de twee zeskantmoeren
(F) terug en maak stevig vast.
15. HET INSTALLEREN VAN DE MOTORRIEMSCHIJF
(A) - Leg de riem in de riemschijfgteuf en schuif de riemschijf op de slingeras.
Zet het platte borgschijfje, de afsluitring en bout terug en maak stevig vast (30-35 ft. Ibs. / 41-47 N-m torsiekracht).
Zorg ervoor
dat de riem in de riemhouder (L) ligt.
16. Zet de riemhuts en twee (2) schroeven terug. Maak stevig vast.
17. HET INSTALLEREN VAN DE AFVOERTRECHTER-
Zie "HET INSTALLEREN VAN DE AFVOERTRECHTER
/ DRAAIKOP" in het
gedeette Montage van deze handleiding.
54