12275967 IFU_361-19901 12/13/11 10:25 AM Page 35
RC081195-2
McGaw Park, IL
Richard Cisneroz
12-07-11
12275967
Bij patiënten met kwaadaardige ascites is hypotensie
in verband met paracentesis ongewoon, maar is
gemeld. Gebruik van vervangende intraveneuze
vloeistof of colloïdale middelen kan het risico van
hypotensie verminderen. Daarnaast mag
aanvankelijke drainage niet meer dan 6 liter in de
eerste 24 uur bedragen.
De knijpklem moet helemaal dicht zijn om de
drainagelijn te occluderen. Zorg ervoor dat de
knijpklem helemaal dicht is wanneer niet aangesloten
op een zuigbron, anders kan er lucht in het lichaam
komen door de drainagelijn of kan er vocht uit
lekken.
Zorg ervoor dat bij het aansluiten op een vacuümfles
de knijpklem op de drainagelijn helemaal dicht is.
Anders is het mogelijk dat een deel of alle vacuüm in
de fles verloren gaat.
Gebruik bij het draineren met glazen vacuümflessen
geen naald die groter is dan 17 G. Als wandzuiging
wordt gebruikt, moet die op niet meer dan
(-)60 cm H
O afgesteld zijn, en mag er niet meer
2
dan 400 ml vocht per minuut worden gedraineerd.
Houd de klep op de PleurX katheter en de
vergrendelbare toegangstip op de drainagelijn
schoon. Houd ze uit de buurt van andere voorwerpen
om verontreiniging te helpen vermijden.
Vergewis u ervan dat de klep en vergrendelbare
toegangstip stevig op elkaar zijn aangesloten bij
draineren. Als ze per ongeluk gescheiden worden,
kunnen ze verontreinigd raken. Als dit gebeurt, de
klep met een alcoholdoekje reinigen en een nieuwe
drainageset gebruiken om mogelijke besmetting te
vermijden.
Er dienen voorzorgsmaatregelen te worden getroffen
om ervoor te zorgen dat de drainagelijn niet wordt
uitgerekt of eraan wordt getrokken.
Het is normaal dat de patiënt enig ongemak of pijn
voelt bij het draineren van vocht. Als ongemak of pijn
wordt gevoeld tijdens draineren, de drainagelijn
afklemmen om de stroom vocht gedurende een paar
minuten af te remmen of te stoppen. Pijn kan een
indicatie van infectie zijn.
Mogelijke complicaties van toegang en drainage van
de peritoneale holte zijn onder meer, maar niet
beperkt tot, het volgende: scheuren van de lever of
darm, hypotensie of vasculaire collaps,
elektrolytimbalans, proteïnedepletie, asciteslekkage,
peritonitis, wondinfectie, tumorgroei in de
kathetertunnel en loculatie van de peritoneale holte.
Verwijdering van chyleuze kwaadaardige ascites kan
proteïnedepletie of verwante voedingscomplicaties
verergeren.
Steriliteit
Dit product is gesteriliseerd. Het is uitsluitend voor
eenmalig gebruik en mag niet opnieuw gesteriliseerd
worden. Niet gebruiken als de verpakking beschadigd
is. CareFusion is niet verantwoordelijk voor een
product dat opnieuw gesteriliseerd is en accepteert of
ruilt geen product voor een tegoed dat is geopend
maar niet gebruikt.
Proofed by:
Dimensions checked:
Algemene richtlijnen
1. Systemische profylactische antibiotica kunnen
geïndiceerd zijn.
2. De procedure voor peritoneale plaatsing kan
worden uitgevoerd met behulp van een plaatselijk
anestheticum en verdoving. Afhankelijk echter van
de behoeften van de patiënt kan de procedure
worden uitgevoerd met behulp van een andere
benadering dan anesthesie of verdoving.
3. De katheter dient geplaatst te worden onder
beeldbegeleiding, met gebruik van alle
voorzorgsmaatregelen die normaal gebruikt
worden voor onderhuidse plaatsing van
getunnelde verblijfskatheters. Het vaatstelsel in
de buurt van de inbrengplaats van de voerdraad
dient met zorg te worden geïdentificeerd en
aanraking ermee dient vermeden te worden.
4. De inbrengplaats van de voerdraad dient te
worden gebaseerd op de anatomie en de ligging
van de patiënt met overweging gegeven aan
evenutele mogelijke verklevingen of geloculeerde
delen met vocht. Het gefenestreerde deel van de
katheter dient bij voorkeur laag in de peritoneale
holte te worden geplaatst om toegang tot vocht te
maximaliseren.
5. Er dient rekening te worden gehouden met het
gemak van toegang bij de patiënt in de
vaststelling van de locatie van de uitgangsplaats
van de katheter.
Voorgestelde procedure voor plaatsing
Uitwendig deel
van katheter
Tweede incisie:
Uitgangsplaats
katheter
Tunneldeel
Eerste incisie:
van
Inbrengplaats
katheter
voerdraad
De arts is verantwoordelijk voor de gepaste medische
en chirurgische procedures. De gepastheid van een
procedure moet gebaseerd worden op de behoeften
van de patiënt. Illustratie (3) illustreert de plaatsting
van de PleurX peritoneale katheter, zoals beschreven
in de onderstaande procedure.
Let op: De anatomie van de individuele patiënt, zoals
een dunne of zwakke buikwand, kan veranderingen in
de procedure vereisen om het risico van lekkage
rond de katheter te verminderen.
32
Date:
Copy checked: