4. Installatie-instructies
4.1.2. Vereist gereedschap
1.
Boor.
2.
Boorbit voor metselwerk, 8 mm (5/16 in).
3.
Schroevendraaier met bithouder.
4.
Waterpas.
5.
Potlood.
4.1.3. Voedingsvereisten
GEVAAR!
Het verbinden van het laadstation met de stroomtoevoer op een andere manier dan is beschreven in deze sectie,
kan resulteren in incompatibiliteit van de installatie en het risico op een elektrische schok, wat schade aan het
laadstation en (dodelijk) letsel kan veroorzaken.
•
Verbind het laadstation alleen in een configuratie die in deze sectie is beschreven.
Aardingssysteem
Opgenomen vermogen (fase)
MCB
(miniatuurstroomonderbreker)
TN-S-systeem
TT-systeem
IT-systeem
1-fase
3-fase
•
Uitschakelingskenmerk: type c.
•
De uitschakelstroom van de MCB kan afnemen als de omgevingstemperatuur
in de voedingskast hoog wordt. Overweeg potentiële hogere
omgevingstemperaturen bij het kiezen van de MCB-specificaties.
Opmerking
•
De installatie, inclusief de MCB, moet in overeenstemming zijn met IEC 60364
en alle toepasselijke lokale regelgeving.
•
De MCB moet overeenkomen met de stroomsterkte-instellingen van het
laadstation en de maximaal beschikbare stroom voor het laadstation, in
overeenstemming met de specificaties van de MCB-fabrikant.
•
De maximale I²t-waarde van de MCB mag niet hoger zijn dan 75000 A²s.
6.
Draadstripper (stroomkabel).
7.
Krimptang voor adereindhulzen.
8.
Draadstripper en krimptang (RJ45).
9.
Rolmaat.
10. Draadsnijders.
PE-kabel.
Aardelektrode, afzonderlijk geïnstalleerd
(zelf geïnstalleerd).
230 V ± 10%, maximaal 32 A ±6%, 50/60
Hz.
400 V ± 10%, maximaal 32 A ±6%, 50/60
Hz.
NL
243