• Niet-oplaadbare batterijen (primaire cellen) mogen in geen enkel
geval met deze lader worden geladen.
• Verplaats de lader nooit, als deze in bedrijf is.
• De lader mag niet gebruikt worden, als er beschadigingen zijn aan
de kast, de laadkabels/laadstekker naar de batterij of de netkabel.
Voor het vervangen van een beschadigde netkabel, moet men eerst
contact opnemen met de HOPPECKE servicedienst.
• Als de lader niet correct functioneert, noteer dan eerst de fout of
de storing alsmede het type en het serienummer dat op het type-
plaatje staat. Trek dan de netstekker uit het stopcontact en neem
contact op met de HOPPECKE servicedienst.
• Demonteer en/of repareer de lader nooit zelf. Een betrouwbare
en veilige reparatie kan alleen door de HOPPECKE servicedienst
gegarandeerd worden.
• Als deze veiligheidsvoorschriften evenals de handleiding niet in acht
worden genomen, kan dit leiden tot fouten, materiële schade en
lichamelijke letsels. Bovendien vervalt elke aanspraak op garantie.
4. Plaatsen van de lader
Bij het plaatsen van de lader moet er voldoende ruimte zijn voor ven-
tilatie. De minimale vrije ruimte bedraagt 5 cm links en rechts van de
lader. De aanzuigopeningen van de ventilator aan de onderzijde
mogen niet worden afgedekt. De metalen kast van de lader is geschikt
voor installatie op de vloer- en wandmontage. Om niet te veel stof aan
te zuigen in de lader, moet de lader ca. 1 meter boven de vloer
worden opgehangen of op een sokkel woden geplaatst (de installatie-
kit voor de wandmontage of de sokkel kunnen ook achteraf besteld
worden). In een extreem stoffige ruimte mag de lader alleen met de
optie stoffilter worden gebruikt. De laders mogen niet boven elkaar
geplaatst worden. Ook mogen er geen losse voorwerpen op de lader
gelegd worden.
5. Aansluiten van de lader
5.1 Netaansluiting voor één fase laders 1 x 230V 50/60Hz
De standaard netspanning voor een één fase lader is 1 x 230V ±10% en
een netfrequentie van 50/60 Hz. De netkabel is ca. 2,5 meter lang en
wordt geleverd met een universele netstekker 2 pins met randaarde.
Belangrijke veiligheidsaanwijzing: de netstekker moet aan een stop-
contact met randaarde worden aangesloten.
5.2 Netaansluiting voor drie fasen laders 3 x 400V 50/60Hz
De standaard netspanning voor een drie fasen lader is 3 x 400V ±10%
en een netfrequentie van 50/60 Hz.
De netkabel is 4 polig (L1, L2, L3 + aarding), ca. 2,5 meter lang en
wordt geleverd met een CEE netstekker 5 pins (L1, L2, L3, N, aarding).
Voor de drie fasen lader is er geen extra nulleiding nodig.
Belangrijke veiligheidsaanwijzing: de netstekker moet aan een geaard
stopcontact worden aangesloten.
5.3 Aansluiten van de laadkabels aan de batterij
De laadkabels van de lader naar de batterij zijn. De polariteit is ge-
kenmerkt door de kleur van de kabel: rood (+) en zwart (-). Het span-
ningsverlies in de laadkabels, dat afhankelijk is van de lengte en de
doorsnede, wordt elektronisch gecompenseerd in de microprocessor
van de lader. Bij vervanging of wijziging in de lengte en doorsnede van
de kabels, moet de compensatie in de microprocessor opnieuw wor-
den ingesteld door de HOPPECKE servicedienst om gevolgschade aan
de batterij te vermijden. De laadstekker voor de laadkabel kan mee
geleverd worden. Het juiste type opgeven bij bestelling.
LET OP! De batterijspanning moet overeenstemmen met de uitgangs -
spanning, van de lader (Zie typeplaatje).
6. Inbedrijfstelling van de lader
De lader kan nu worden aangesloten. Steek de netstekker a.u.b. snel
in het stopcontact, omdat het opladen van de ingangscondensatoren
tot knisperende geluiden leidt. Om brandgevaar uit te sluiten, moet de
netstekker volledig ingestoken zijn. De lader is nu bedrijfsklaar en staat
32
"standby". Dit herkent men aan de blauwe LED resp. het blauwe ach-
tergrondlicht van de LCD-indicatie. De lader beschikt over een verpo-
lingsbeveiliging. Niettemin moet men op de juiste polariteit (Pos. &
Neg.) letten bij het aansluiten van de batterij aan de lader Zorg er voor
dat de contacten van de laadstekkers goed elektrisch contact maken,
om beschadiging door te hoge overgangsweerstand te voorkomen.
Bij een directe aansluiting van de batterij (zonder laadstekker) moet
men voor de juiste verbinding zorgen. Verbindt de positieve batterijpool
met de (rode +) kabel van de lader en de negatieve batterijpool met
de (zwarte -) kabel van de lader. Nadat de batterij is aangesloten, vo-
ert de microprocessor van de lader een zelfcontrole uit (3 tot 10 sec).
Daarna begint het laadproces automatisch. Om gebruik te maken van
nachtstroom, kan men het begin van het laadproces tot maximaal 12
uur verschuiven. Let op bij de tijdsprogrammering dat er nog voldo-
ende tijd beschikbaar is om de batterij volledig te laden met het inge-
stelde laadprogramma (laadtijd: 5 uur, 6 uur, 8 uur of 12 uur).
LET OP! De laadstekker mag nooit tijdens het laadproces worden ont-
koppeld, om elektrische vonkvorming te voorkomen. Het gevaar bestaat
dat de batterij in de gassingsfase is, waardoor er knalgas ontstaat. Bij
vonkvorming zal dit tot een explosie leiden. Als het echter noodzake-
lijk is om het laadproces te onderbreken dan moeten de volgende richt-
lijnen worden opgevolgd: Druk op de STOP-toets. Ontkoppel de laad-
stekker, maar altijd buiten een straal van 50 cm boven de cellen. In
dit gebied is de hoogste gasconcentratie en bij vonkvorming het groot-
ste gevaar voor ontploffing (Zie EN 50272-3).
7. Gebruikershandleiding van de lader
Standby:
Het licht van de Power LED-lijn schijnt blauw.
De lader is in orde en wacht om de batterij te laden.
Laadproces:
Nadat de batterij is aangesloten aan de lader, zal (na
3 tot 10 sec.) het laadproces automatisch beginnen.
Het licht van de Power LED-lijn schijnt geel.
Einde laadproces: Als de batterij volledig is geladen, dan zal de mi-
croprocessor het laadproces automatisch uitscha-
kelen. Het licht van de Power LED-lijn schijnt groen.
STOP:
Door op de STOP-toets te drukken kan het laad-
proces te allen tijde worden onderbroken. Koppel
de batterij nooit los zonder op de STOP-toets te
drukken. Ontploffingsgevaar en beschadiging van de
laadstekker
Het licht van de Power LED-lijn schijnt rood batterij -
Storing:
fout. Het licht van de Power LED-lijn knippert rood
fout in de lader.
LED
LCD