F
GB
D
E
I
P
zijn dat de ketting met geen enkel voorwerp contact
maakt.
Draag nauwaansluitende kledij. Draag altijd een
■
lange, stevige broek, laarzen en handschoenen.
Draag geen sieraden, korte broek, sandalen en
loop niet op blote voeten. Losse kledij kan in de
motor worden getrokken of verstrikt kan raken in
de ketting of het struikgewas. Draag een overall,
jeans of een leren broek uit snijbestendig materiaal
of bestaande uit snijbestendige inzetstukken. Steek
haar op boven de schouders.
WAARSCHUWING
Draag veiligheidskledij gemarkeerd als 'klasse 1'
(voor gebruik bij kettingzagen)
Draag veiligheidsschoeisel met antislipzolen en
■
zware handschoenen om uw grip te verbeteren en
uw handen te beschermen.
Draag gezichtsbescherming die beantwoordt
■
aan EN166, en gehoor- en hoofdbescherming,
wanneer u dit gereedschap bedient.
H o u o m s t a n d e r s e n d i e r e n b u i t e n h e t
■
werkterrein. Laat niet toe dat andere personen in
de buurt komen wanneer u de kettingzaag opstart
of ermee zaagt.
Opmerking: De oppervlakte van het werkterrein
hangt af van het werk dat u uitvoert, zowel als
de omvang van de desbetreffende boom of
het werkstuk. Een boom vellen, bijvoorbeeld,
veronderstelt een groter werkterrein dan andere
zaagwerkzaamheden (vb. kortzagen).
Volg de slijp- en onderhoudsinstructies van de
■
fabrikant voor de kettingzaag.
Gebruik geen kettingzaag die beschadigd,
■
verkeerd afgesteld of niet volledig en veilig
is gemonteerd. Zorg ervoor dat de zaagketting
stopt wanneer de gasbedieningshendel wordt
losgelaten. Wanneer de kettingzaag beweegt
bij stationair toerental, is het mogelijk dat de
carburator moet worden afgesteld. Wij verwijzen
hierbij naar het hoofdstuk 'Carburator afstellen' in
het onderhoudsgedeelte van deze handleiding.
Indien de zaag bij stationair toerental nog steeds
beweegt na de afstelling, neem dan contact op
met een erkend onderhoudscentrum voor verdere
afstelling en gebruik het gereedschap niet meer tot
het hersteld werd.
BIJTANKEN (NIET ROKEN!)
Om het risico op brand en brandwonden te
■
verkleinen, dient u voorzichtig met brandstof om te
gaan. Het is licht ontvlambaar.
Meng en sla brandstof op in een container die voor
■
benzine is goedgekeurd.
HCS3435A-25lgs manual.indd Sec1:149
HCS3435A-25lgs manual.indd Sec1:149
NL
S
DK
N
FIN GR HU
Nederlands
149
CZ RU
RO PL SLO HR TR EST LT
Meng brandstof in de open lucht waar er geen risico
■
is op vonken of vlammen.
Ga naar een kale plek, stop de motor en laat de
■
motor afkoelen voordat u bijtankt.
Draai de brandstofdop traag open om de druk te
■
verminderen en om te voorkomen dat er brandstof
langs de dop ontsnapt.
Draai de brandstofdop stevig vast nadat u hebt
■
bijgetankt.
Veeg gemorste brandstof van het apparaat. Zorg
■
voor een afstand van 10 meter tot de brandstoflocatie
voordat u de motor start.
P r o b e e r N O O I T e n o n d e r g e e n e n k e l e
■
omstandigheid gemorste brandstof te verbranden.
TERUGSLAG
Terugslag is een gevaarlijke reactie die tot
■
ernstig letsel kan leiden. Vertrouw niet enkel op de
veiligheidsvoorzieningen die met uw zaag worden
geleverd. Als gebruiker van de kettingzaag dient u
speciale veiligheidsvoorzorgsmaatregelen te treffen om
uw zaagwerkzaamheden te vrijwaren van ongelukken
of letsels. Wij verwijzen naar het hoofdstuk Algemene
veiligheidsvoorschriften en Bediening van deze
gebruiksaanwijzing voor meer informatie over terugslag
en hoe u ernstige letsels kunt vermijden.
LV
SK BG
12/19/08 3:10:26 PM
12/19/08 3:10:26 PM