4. Met de knop D D i i s s c c F F o o r r m m a a t t (Schijfindeling) kunt u selecteren hoe de gegevens op een schijf
worden opgeslagen. Kies tussen Data (Gegevens) en DVD Video (Dvd-video). (De optie Dvd-
video is alleen beschikbaar wanneer de opnamemodus is ingesteld op 'At the End' [Aan het
einde]).
5. De knop R R e e m m o o t t e e 2 2 C C o o n n t t r r o o l l (Afstandsbediening 2) stelt de functie Afstandsbediening 2 van de
camerakop in op Stop (Stoppen) of Pause (Pauze).
6. De knop I I m m a a g g e e C C o o u u n n t t F F o o n n t t S S i i z z e e (Tekengrootte beeldtelling) past de grootte van het
lettertype aan dat wordt gebruikt voor de beeldtelling in het scherm Vastleggen.
7. Met de knop C C h h a a n n n n e e l l M M o o d d e e (Kanaalmodus) kunt u tussen de modus Single (Enkel) of Dual
(Dubbel) kanaal wisselen.
8. Met de knop F F l l i i p p S S c c r r e e e e n n (Flipscherm) kan worden ingesteld of en waar beelden op het
chirurgisch scherm worden getoond wanneer de beelden worden vastgelegd. Kies tussen
None (Geen, geen weergave), One (Een, het gehele beeldscherm) of Side (Zijkant, zijkant van
beeldscherm).
9. Met de knop R R e e c c D D i i s s p p l l a a y y (REC-weergave) kunnen de woorden 'Rec' (Opname) en 'Rec
Stopped' (Opname gestopt) weergegeven laten worden op het chirurgisch beeldscherm
wanneer de opname is gestart of gestopt. Kies tussen On (Aan) en Off (Uit).
10. Met de knop D D e e v v i i c c e e P P r r e e s s e e t t (Voorinstellingen apparaat) schakelt u Device Presets
(Voorinstellingen van het apparaat) On (Aan) of Off (Uit).
11. De knop V V o o i i c c e e A A n n n n o o t t a a t t i i o o n n (Stemaantekening) activeert het stemaantekeningscherm elke
keer nadat er een beeld is vastgelegd. (Deze functie is alleen beschikbaar op systemen die
zijn uitgerust met het SDC3-spraakbesturingspakket of SDC3-besturingspakket.) Kies tussen
On (Aan) en Off (Uit).
12. Met de knop E E d d i i t t A A n n n n o o t t a a t t i i o o n n (Aantekeningen bewerken) wordt een scherm geopend waarin
algemene aantekeningen kunnen worden bewerkt. Deze aantekeningen worden vervolgens
beschikbaar tijdens patiëntcasussen. (Zie het gedeelte 'Editing Global Annotations' (Algemene
aantekeningen bewerken) dat direct op dit gedeelte volgt.)
13. Met de knop L L i i v v e e V V i i d d e e o o T T i i m m e e o o u u t t (Time-out live video) stelt u de tijd in waarmee een beeld
dat is geselecteerd op het scherm Playback (Afspelen), de live videofeed op On Screen
Display (Schermweergave) vervangt. Kies uit 3 seconds (3 seconden), 10 seconds (10
seconden) en None (Geen) (wanneer None (Geen) wordt ingesteld, wordt het beeld op de
schermweergave afgespeeld totdat u de instelling handmatig wijzigt in live video).
14. Met de knop L L i i v v e e P P r r e e v v i i e e w w (Live voorbeeld) kan worden bepaald wat er in het
voorbeeldvenster van het scherm Capture (Vastleggen) wordt weergegeven. Selecteer On
(Aan) voor een live camerabeeld of Off (Uit) voor het laatst vastgelegde beeld.
15. Met de knop G G u u i i M M o o n n i i t t o o r r (GUI-monitor) kan de aanraakscherminterface op een extern
aanraakscherm worden weergegeven (de monitor moet met behulp van VGA en een seriële
aansluiting op de SDC3-bedieningseenheid zijn aangesloten). Selecteer Internal (Intern) om
de interface op het scherm van de SDC3 te laten weergeven of External (Extern) om de
interface of de externe monitor te laten weergeven.
16. Met de knop C C a a l l i i b b r r a a t t e e (Kalibreren) start u de kalibratie van het LCD-scherm. Gebruik deze
knop als de bedieningsknoppen op het aanraakscherm niet nauwkeurig zijn.
17. Druk op de knop R R e e c c o o r r d d M M o o d d e e (Opnamemodus) om te wisselen tussen 'Real Time'
(Realtime) en 'At the End' (Aan het einde).
P23566L
53
NL