elektrische apparatuur in de buurt van de installatie
van de rail om de bescherming van de gebruiker met
betrekking tot dergelijke apparatuur te waarborgen.
Dit voorbereidende onderzoek moet worden omgezet in een
technisch dossier met een kopie van deze handleiding, die
aan de installateur wordt overhandigd met alle informatie
die nodig is voor de implementatie ervan. Dit dossier
moet worden samengesteld, zelfs als het voorbereidende
onderzoek door de installateur zelf wordt uitgevoerd.
Elke wijziging in de configuratie van het gebied dat
door de rail wordt bestreken en die de veiligheid of
het gebruik het systeem kan beïnvloeden, moet leiden
tot een herziening van het voorbereidende onderzoek
voordat het gebruik van de rail wordt voortgezet. Alle
wijzigingen aan het systeem moeten worden uitgevoerd
door een monteur die beschikt over de technische
expertise om een nieuwe rail te installeren.
6. Installatie
BELANGRIJK: Het is van essentieel belang dat
u de instructies in deze handleiding zorgvuldig opvolgt
voordat u begint met monteren.
6.1. Belangrijkste montagerichtlijnen
Structurele steunen moeten zodanig worden gemaakt
dat, wanneer ze van de constructie worden verwijderd, dit
zonder enige schade aan de constructie of de bevestiging
kan worden bereikt, zodat ze bijvoorbeeld na een
periodieke inspectie opnieuw kunnen worden gebruikt.
Voor zover mogelijk moet de rail zich boven de
gebruiker bevinden, om de valhoogte te verkleinen.
Als dit niet mogelijk is, wordt aanbevolen de rail zo te
installeren dat het risico op vallen en de valhoogte tot
een minimum beperkt worden.
De rail moet zodanig worden geïnstalleerd dat hij door
de gebruiker kan worden gezien.
Het gebruik van deze rail is alleen horizontaal. Vermijd
hellingen. Maximaal aanvaardbare hoek: 5°.
Alle componenten zijn getest door Tractel en voldoen
aan de eisen van norm EN 795-D 2012 en TS
16415:2013.
De railmontage moet professioneel worden uitgevoerd,
volgens de aanbevelingen van de fabrikant van de
bevestigingsmaterialen.
De beugels moeten op de structurele ondergrond
worden vastgezet met roestvrijstalen M12-bouten met
een maximaal toelaatbare schuifspanning van 20000 N.
In geval van vastzetten op staal of hout moet een
deskundige installateur door middel van berekeningen
controleren
of
de
gegevens
montage voldoen aan de norm EN 795-D 2012 en TS
16415:2013.
• Voor beton of steen is het verplicht om de beugels
met chemische verankeringen of ankerstangen te
bevestigen. Vervolgens moet de kwaliteit van de
ankers worden gecontroleerd door een test van 5000
N gedurende 15 seconden. Deze test moet worden
uitgevoerd vóór installatie van de travrail-onderdelen.
Het uitvoeren van deze test met de railonderdelen
vervormt de verankering.
• Voor hout is het verplicht om de beugels vast te zetten
met ankerstangen of met een contraplaat.
• Voor het vastzetten op ander materiaal is het
noodzakelijk dat de installateur de conformiteit van
het constructiemateriaal controleert door middel van
berekeningen of een test.
Als er specifieke hulpconstructies moeten worden
gebruikt, moet de installateur ervoor zorgen dat deze
door een deskundige persoon worden ontworpen en
vervaardigd. Deze hulpconstructies moeten efficiënt
tegen corrosie worden behandeld.
Het informatieplaatje, geplaats in een veilige omgeving
in de buurt van het systeem of bij de toegang tot het
gebied, geeft de aanwezigheid van het systeem aan.
Dit informatieplaatje moet na de montage en na iedere
periodieke beoordeling worden ingevuld. Dit plaatje
dient tevens als een ID-formulier.
GOUDEN REGELS
Ten minste twee beugels, ongeacht de lengte. Zie sectie 7.2
Een afstand van maximaal 6 m tussen de beugels.
Een beugel voor en na een hoek.
Uitkraging van de rail van maximaal 200 mm.
Set met steunen die kunnen worden vastgezet dankzij
roestvrijstalen M12-bouten.
Bij rope access werkzaamheden mag de ruimte tussen de
beugels niet groter zijn dan 3 m.
De bouten moeten worden vastgedraaid met een
momentsleutel volgens onderstaande tabel:
AANDRAAIMOMENT
Bout
M8 roestvrij staal
M10 roestvrij staal
M12 roestvrij staal
voor
ontwerp
en
Moment
20 Nm
30 Nm
35 Nm
45
NL