Status-
led
De led-
ring licht
geel op
De led-
ring licht
groen op
De led-
ring knip
pert rood
16.2.3 Foutmeldingen bij de verbindingsopbouw met de Cockpit App
Foutmelding
Prothesecomponent
was verbonden met
een ander apparaat.
Verbinding maken?
Wisselen van modus
mislukt
Statusindicatie (5
leds)
De 2e en 4e led lich
ten op
De 1e, 3e en 5e led
lichten op
De 3e led licht op
Oorzaak
De prothesecomponent
was verbonden met een
ander eindapparaat
Er is geprobeerd om te
schakelen naar een
andere MyMode, terwijl
de prothesecomponent
in beweging was
(bijv. tijdens het lopen)
Fout/storing
Temperatuur accula
der te hoog
Temperatuur prothese
te hoog/te laag
De prothese wordt
niet geladen
De afstand van de
acculader tot de ont
vanger van de laad
eenheid is te groot.
De acculader is functi
oneel maar nog niet
aangesloten op de
ontvanger, of de
afstand van de accula
der tot de ontvanger
van de laadeenheid is
te groot.
De prothese wordt
niet geladen
Acculader defect.
Oplossing
Raak de knop "OK" aan om de oorspron
kelijke verbinding te verbreken.
Als u de oorspronkelijke verbinding niet wilt
verbreken, raak dan de knop "Annuleren"
aan.
Met het oog op de veiligheid is omschake
ling naar een andere MyMode alleen toege
staan bij prothesecomponenten die niet in
beweging zijn, bijv. tijdens het staan of zit
ten.
Oplossing
Controleer of er wordt
voldaan aan de vermel
de omgevingscondities
voor het opladen van
de accu (zie
pagina 372).
De verbinding kan wor
den verbeterd door
verkleining van de
afstand tussen de
acculader en de ont
vanger van de laadeen
heid.
Breng de acculader
aan of verklein de
afstand tussen de
acculader en de ont
vanger van de laadeen
heid op de prothese.
Verhelp de storing
door de netvoeding los
te koppelen en weer
aan te sluiten.
Als de storing daarna
niet is verholpen, moe
ten de acculader en de
netvoeding bij een
geautoriseerde
Ottobock servicewerk
plaats worden gecon
troleerd.
379