•
Een lange cocontractie op kanaal 1 en 2 van de AxonMaster ontgrendelt of vergrendelt de blokkering.
•
Een korte cocontractie schakelt een andere grijpmethode in.
•
Een impuls op kanaal 3 van de AxonMaster ontgrendelt of vergrendelt de blokkering.
6.2.2 Elektroden aansluiten
6.2.3 AxonMaster in de bovenarmkoker monteren
De AxonMaster kan worden vastgezet met tape of klittenband. Als extra bescherming tegen vocht kan de AxonMas
ter worden afgedekt met folie.
Wanneer er in de bovenarmkoker te weinig ruimte is voor de AxonMaster, moet er hiervoor bij het lamineren van de
binnenkoker ruimte worden gemaakt (lamineerdummy).
6.2.4 Prothese afdichten
1) Na het lamineren van de ingietring moeten vet en eventueel vuil worden verwijderd.
2) Vet de sleuf, de binnenrand en de schroefdraad van de ingietring in met speciaal vet 633F30.
6.2.5 AxonMaster aansluiten op de EasyPlug
AxonArm Hybrid 12K500=*, AxonArm Ergo 12K501=*
1) Verwijder de afdekkapjes van de benodigde ingan
gen.
2) Dicht de aansluitpunten van de AxonMaster af met
siliconenvet.
3) Sluit de elektrodenkabels aan op de AxonMaster.
Let daarbij op dat u de juiste ingangen kiest:
ingang 1: sluiten
ingang 2: openen
ingang 3: trekschakelaar (optioneel)
1) Vet de stekker van de kabel van de AxonMaster in
met siliconenvet 633F11.
2) Bevestig de kabel.
3) Dicht de stekker en de blinde afdekkingen aan de
bovenkant af met siliconenvet 633F11.
Gebruiksklaar maken
Ottobock | 119