De hysteroscoop tijdens een procedure vervangen
Met het Fluent-vloeistofmanagementsysteem is het mogelijk de hysteroscoop tijdens een procedure te vervangen. Bij vervanging van de scoop
kan de gebruiker worden gevraagd opnieuw te primen. Voor de volledige instructies over het gebruik en de bediening van de hysteroscoop, met
inbegrip van waarschuwingen en attenderingen, verwijzen wij naar de documentatie bij deze hulpmiddelen.
Let op!
Als u nalaat opnieuw te primen na het vervangen van de hysteroscoop, kan dit de controle over de uteriene druk beïnvloeden.
Het systeem mag uitsluitend worden verbonden met een hysteroscoop die bedoeld is voor en voorzien is van de technische functionaliteiten die
een dergelijk gecombineerd gebruik toestaan. Elke gebruikte hysteroscoop moet voldoen aan de meest recente versies van IEC 60601-2-18 en
ISO 8600.
Opmerking:
Controleer voordat u het systeem opnieuw start of de vloeistofzak voldoende vloeistof bevat zodat het opstartproces kan worden voltooid.
Wanneer er onvoldoende vloeistof in de zak zit, vervangt u deze door een nieuwe, volle vloeistofzak. Pas de vloeistof- of afvalzak niet aan
wanneer het systeem opnieuw wordt gestart. Laat het systeem volledig opnieuw starten voordat u de vloeistof- of afvalzak aanpast. Wanneer
u dit niet doet, leidt dit mogelijk tot onnauwkeurige tekortmetingen of uiteindelijke resultaten van de procedure. In dat geval moeten de
onvolledige gegevens of de eindresultaten van de procedure handmatig worden berekend.
De procedure afronden
Voer de volgende stappen uit om de procedure te beëindigen:
1.
Na afloop van de procedure drukt u op de toets 'End' (Beëindigen).
2.
Het systeem toont een melding ter bevestiging dat u de procedure wilt beëindigen.
3.
Druk op 'Yes' (Ja) als u de procedure wilt beëindigen. Druk op 'No' (Nee) als u de procedure wilt voortzetten.
Opmerking:
Verwijder het Fluent Out-FloPak niet als u suctie wilt behouden voor het verwijderen van overtollige vloeistof vanuit de doek onder de billen
(UB) om het tekort nauwkeurig te berekenen. De Fluent Out-FloPak zal vloeistof blijven evacueren om te zorgen voor een juiste tekortwaarde en
opvang van al het gereseceerde weefsel.
Verwijder op dit moment de vloeistof- of afvalzak niet. Laat het systeem overtollige vloeistof afvoeren zodat het tekort nauwkeurig wordt
weergegeven. Wanneer de vloeistof- of afvalzak eenmaal zijn verwijderd, moet het tekort handmatig worden berekend.
4.
Druk op 'Done' (Gereed) als de overtollige vloeistof is verwijderd uit de doek onder de billen (UB).
5.
Het systeem toont de melding 'OK to remove Disposables' (Verbruiksmateriaal kan worden verwijderd).
6.
Klem de Fluent in-FloPak-slangen af.
7.
Op het scherm Summary (Overzicht) worden de volgende definitieve procedureresultaten weergegeven:
• Totaal tekort
• Totaal verzameld vloeistofvolume
• Einddruk
• Snijtijd
8.
Ontkoppel de uitstroomslang van de afvalzak.
9.
Verwijder de weefselvanger van de weefselvangerhouder voor toegang tot het gereseceerde weefsel.
10.
Schroef de dop vast en verwijder de afvalzak.
11.
Ontkoppel de slangensets van de hysteroscoop.
12.
Voer de FloPaks en de afvalzak af.
13.
Schakel het systeem uit en trek het snoer uit de wandcontactdoos.
14.
Verwijder de In-FloPak en Out-FloPak, en voer deze af.
Opmerking:
Mocht u vergeten zijn de resultaten te registreren, dan heeft het Fluent-vloeistofmanagementsysteem de resultaten van de laatste procedure
bewaard. Ga als volgt te werk om deze resultaten weer te geven voordat u een nieuwe procedure start:
1.
Druk op het scherm System Setup (Systeeminstallatie) op het instellingenpictogram ( ).
2.
Druk op het scherm Settings (Instellingen) op
Na gebruik van het Fluent-vloeistofmanagementsysteem moet het worden gedemonteerd en moeten de tijdens de procedure gebruikte
materialen worden afgevoerd. Hoofdstuk 7 bevat instructies voor demontage en afvoer.
26
Fluent-vloeistofmanagementsysteem
'Last Procedure' (Laatste procedure).
Hoofdstuk 5: Het systeem gebruiken
Nederlands